Kamerlid
Kruimelpad
De donororganen
Commissie Gezondheid 14 februari 2023
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, uit het antwoord op mijn schriftelijke vraag leer ik dat nog meer dan 1.500 personen op de wachtlijst voor een donororgaan staan, dat de wachtlijst in 2021 sterk is gegroeid ten opzichte van 2020 en dat het aantal wachtenden in 2022 nauwelijks is afgenomen. In 2021 werden er 824 transplantaties uitgevoerd. Dat aantal is vrij laag in vergelijking met het aantal wachtenden.
In Nederland zijn er kortere wachtlijsten, zeker relatief gezien. Bovendien worden er ook meer transplantaties uitgevoerd, ook in deze moeilijke jaren. Daartegenover stellen we vast dat erg weinig mensen zich registreren als orgaandonor, namelijk 665.000 actieve positieve en negatieve registraties samen. Bovendien valt op dat het aantal negatieve registraties de jongste jaren sterk is toegenomen. Er is een groot verschil tussen het aantal actieve registraties in België en Nederland. In Nederland zijn er bijna 11 miljoen mensen actief geregistreerd voor orgaandonatie, tegenover 665.000 mensen in België. Hoe beoordeelt u de situatie van de wachtlijsten in België? Is er een plan om de achterstand in te halen en de wachtlijst in te korten? Indien ja, hoe ziet dat plan eruit? Hoe verklaart u het grote verschil tussen België en Nederland op vlak van de wachtlijsten en het aantal transplantaties? Hoe komt het dat er nog zo weinig actieve registraties zijn gebeurd? Wordt dat onderzocht? Op welke manier zult u dat verhelpen?
Minister Frank Vandenbroucke:
Ten eerste zijn er momenteel 458.382 Belgen als donor geregistreerd. Wat uw tweede vraag betreft, noteren we een stijging, ten bewijze de cijfers van de voorbije vijf jaar. Ik kan u die tabel bezorgen.
Sinds 2018 noteren we een stijging van 62 %. In 2018 hadden 263.272 Belgen zich geregistreerd. Om dit moment, in 2023, zijn er 458.382 als orgaandonor geregistreerde Belgen.
Om op uw derde vraag te antwoorden, de wachtlijst voor nieren is de grootste. Die patiënten hebben ook de langste wachttijd. De verdeling en de allocatie van de nieren gebeurt door Eurotransplant op basis van de matching, de urgentie en de wachttijd. De gemiddelde wachttijd bedraagt ongeveer 2,5 tot 3 jaar, wat zeer lang is. Patiënten op de wachtlijst hebben natuurlijk wel het voordeel dat zij door dialyse de wachttijd kunnen overbruggen. De grotere instroom van nierpatiënten na 2020 is grotendeels toe te schrijven aan de covidcrisis. Iedere patiënt die op de wachtlijst komt, krijgt een volledige medische check-up. Die maakte deel uit van de niet-dringende consultaties, die moesten worden uitgesteld gedurende de crisis. Voor hart-, long- en levertransplantaties bedraagt de wachttijd gemiddeld 1 tot 1,5 jaar, waarbij de medische urgentie een belangrijke rol vervult voor de verdeling.
Een campagne en sensibilisatie in het algemeen zijn inderdaad belangrijk. Er is een campagne opgestart in 2022 door de FOD Volksgezondheid, samen met het FAGG. De campagne “het kan in één vingerklik gedaan zijn” heeft de bedoeling de burgers te informeren over orgaandonatie en de mogelijkheden tot registratie. Door middel van de website, filmpjes, affiches en folders proberen wij de burgers te bereiken. De folders worden verdeeld onder de huisartsen, de ziekenhuizen en de apothekers, en zij worden verspreid bij voordrachten.
Bestaat er een plan? Ja, op voorstel van de Nationale Transplantatieraad zijn er initiatieven gekomen om meer nieren beschikbaar te hebben voor transplantatie en meer organen in het algemeen. De voorstellen ter zake zijn eind vorig jaar goedgekeurd. Ik zal ze in drie punten samenvatten. Ten eerste, gelet op de toenemende leeftijd van de donoren en het hoger aantal donoren die aan een hartstilstand overleden zijn, zal men de conditie van de organen hooghouden door middel van een perfusiemachine. Nieren die vroeger veelvuldig geweigerd werden op basis van de kwaliteit, zullen dankzij de perfusie kwalitatief beter zijn voor transplantatie.
Ten tweede werd in 2022 bij wet vastgesteld dat bij levende donatie de donor gedurende 10 jaar gratis gezondheidszorg verkrijgt. U zult zich dat wel herinneren.
Ten derde, mensen die onder elkaar een nier willen doneren, maar die om medische redenen, bijvoorbeeld een andere bloedgroep of geen overeenkomst van het weefseltype, afgewezen worden, zullen in de nabije toekomst in een cross-overprogramma worden opgenomen. Dat is een softwareprogramma waarbij gezocht wordt naar de best passende ontvanger op basis van leeftijd, bloedgroep en weefseltype. Zo kan men nagaan of er de mogelijkheid is om van koppel a een levende nierdonatie te doen aan de ontvanger in koppel c en in koppel b een nier kan worden gegeven aan de ontvanger in koppel a enzovoort.
Er staan 250 patiënten minder op de wachtlijst voor nieren in Nederland, vergeleken met België. Niettegenstaande België meer overleden donoren heeft per miljoen inwoners dan Nederland – het verschil is zelfs redelijk groot, 26,2 per miljoen in België en 16,2 in Nederland –, worden er in Nederland meer transplantaties met levende donoren (29,3 per miljoen inwoners) verricht dan in België met België (4,7 per miljoen). Nederland is wel een uitzonderlijk land inzake levende donaties en heeft het hoogste aantal levende donoren in Europa, terwijl België vergeleken kan worden met het gemiddelde van andere landen. U vraagt hoe het komt het dat er nog zo weinig actieve registraties zijn. De Belgische wet berust op het opting-outprincipe, met andere woorden, de stilzwijgende toestemming. Iedere Belg die zes maanden is ingeschreven in het bevolkings- of vreemdelingenregister, is donor, tenzij er verzet is van de partner of de dichte verwanten.
Dat kan op gelijk welke manier geuit worden. Er is de mogelijkheid dat ieder zijn wil kan registreren in het Rijksregister. In dat geval zal de arts per definitie de wil van de overledene respecteren. Donatie is niet afhankelijk van het register, maar bij een positieve registratie is het gesprek met de familie dus niet meer determinerend met het oog op het gebruik van organen en verloopt dat gesprek dan ook anders.
De overheid heeft ook de toegang naar het register vereenvoudigd: men kan nu op drie manieren de wil uitdrukken en niet enkel via het gemeentebestuur. Sensibilisatie blijft belangrijk en wordt dan ook door de betrokken overheden ondersteund. Ik verwijs ook nogmaals naar de campagne Het kan in één vingerklik gedaan zijn.
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, u zult het me niet kwalijk nemen dat ik bij uw antwoord op mijn schriftelijke vraag de cijfers even vergelijken heb met de cijfers in Nederland. U zegt dat het een uitzonderlijk land is.
Wat mij wel opviel, is het grote aantal registraties, want passief is men sowieso geregistreerd. Het feit dat er bij ons met een opt-outsysteem wordt gewerkt, klinkt goed, maar in de praktijk is er nog vaak weerstand bij familie of nabestaanden om organen te laten doneren. Ik denk dat het echt wel een verschil kan maken, als er meer actieve positieve registraties zijn om dat proces te vereenvoudigen. Alle initiatieven die in die zin worden genomen, lijken mij het ondersteunen waard.
Het plan van de Nationale Transplantatieraad bevat heel goede maatregelen. Hopelijk zal dat zoden aan de dijk brengen en kunnen er binnenkort heel wat meer patiënten worden geholpen, waardoor de wachtlijst zal krimpen.
Het incident is gesloten.