Kamerlid
Kruimelpad
Het fipronilschandaal - mondelinge vraag aan minister Ducarme
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, met deze vraag wil ik nog even terugkomen op het fipronilschandaal, dat gelukkig reeds een tijdje achter ons ligt. Mijn vraag werd geïnspireerd door een artikel in de pers van 2 september, toen tien verdachten naar de correctionele rechtbank werden doorverwezen in verband met het fipronilschandaal van 2017. In 2017 kwam aan het licht dat onder het mom van een natuurlijk bestrijdingsmiddel voor bloedluizen door een moedwillige zwendel met valse etiketten fipronil in de voedselketen terechtkwam.
Een Nederlands bedrijf verkocht de producten onder meer aan Belgische pluimveehouders, via een Belgische tussenpersoon. Het product werd ook uitgevoerd naar Italië. Zowel Nederland als België voert in het dossier afzonderlijk onderzoek. De doorverwijzing van de tien verdachten past in het Belgische onderzoek. Het valt in de zaak op dat het twee jaar heeft geduurd, vooraleer men erachter kwam dat fipronil in de voedselketen terecht was gekomen.
Mijnheer de minister, welke lessen hebben u en het FAVV getrokken uit de zaak? Welke maatregelen hebt u genomen om de opsporing van schadelijke en verboden stoffen te verbeteren? Hoe verloopt de samenwerking tussen de Belgische en Nederlandse voedselinspectie nu? Welke maatregelen zijn hier genomen? Die verliep immers destijds niet altijd even vlot. Hoe verloopt de uitvoer van Belgische eieren naar het buitenland in de nasleep van het fipronilschandaal? Is die hersteld van de imagoschade die werd veroorzaakt door de laattijdige en verwarrende communicatie van het FAVV bij het uitbreken van het schandaal?
Minister Denis Ducarme:
Mevrouw Gijbels, het FAVV heeft de fipronilcrisis goed aangepakt. Ik vestig er overigens uw aandacht op dat Belgische eieren vandaag zeker bij de veiligste eieren in Europa horen. De verbeterpunten hadden onder meer betrekking op, ten eerste, de crisiscommunicatie; ten tweede, de interne crisisuitbouw; ten derde, de samenwerking met stakeholders en andere diensten; ten vierde, de tracering van levensmiddelen en grondstoffen en, ten vijfde, de laboratoriumanalyses in crisisomstandigheden alsook andere operationele aspecten.
Concreet wordt de eiproductie nu steekproefgewijs gecontroleerd, zodat men er zeker van kan zijn dat die substanties niet aanwezig zijn. Mogelijke misbruiken kunnen zo sneller worden opgespoord. De communicatie van het FAVV werd gemoderniseerd en performanter gemaakt. De Nationale Opsporingseenheid (NOE) van het FAVV, die instaat voor het onderzoek van fraude en misbruiken in de voedselketen, is gevoelig versterkt met veertien voltijdse equivalenten.
De werking en de ondersteuning werd aangepast en beter gestructureerd. Die dienst werkt nu nauwer samen met de politie en de gerechtelijke diensten, alsook met het FAGG. Tot slot, wat de relatie met Nederland betreft, zijn er concrete afspraken gemaakt over de samenwerking en de uitwisseling van informatie. Er worden sindsdien kortere communicatiekanalen gebruikt en er vindt voortaan regelmatig overleg plaats.
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, bedankt voor uw antwoord. Op het vlak van de communicatie is er, zoals u al hebt aangehaald, nog verbetering mogelijk. Bij het listeria-incident hebben we ook weer gemerkt dat de communicatie tussen Nederland en België blijkbaar toch nog niet altijd even vlot verloopt. Ik hoop dan ook dat dat een aandachtspunt blijft. Tegenwoordig zijn er technologieën beschikbaar, waardoor er op communicatief vlak zeker verbeteringen gevonden kunnen worden. Ik hoop dat dit, gelet op het feit dat de Belgische en Vlaamse landbouw de jongste tijd al veel schade hebben ondervonden, een aandachtspunt blijft.