Kamerlid
Kruimelpad
Hoogpathogene vogelgriep - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 25 oktober 2022:
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, vogelgriep circuleert volop bij wilde vogels, maar ook bij meerdere pluimveehouderijen. Het zou daarbij gaan om een hoogpathogeen vogelgriepvirus. Bovendien zou het tot heden de grootste uitbraak in Europa zijn, waarbij er meer dan 2.400 uitbraken zijn vastgesteld verspreid over 37 Europese landen.
Op de website van het FAVV vinden we informatie en richtlijnen over het vogelgriepvirus. Er is ook een infolijn actief waarop burgers dode vogels kunnen melden. Wanneer we die informatie evenwel vergelijken met de website van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) of van het ECDC, dan valt op dat de informatie op de website van het FAVV nogal karig is, vooral met betrekking tot het risico van zoönosen.
Op de website van het ECDC wordt specifiek gewezen op het belang van pandemieplannen en van training en simulatieoefeningen voor het geval er overdracht zou optreden van dier op mens. Op de website van Sciensano is er helemaal geen geüpdatete versie te vinden van de recente vogelgriepuitbraken en het potentiële risico van zoönosen.
Op welke manier zijn wij voorbereid op zoönosen? Is er een pandemieplan klaar of zijn er meerdere plannen? Worden er simulatieoefeningen en trainingen ingepland? Zo ja, wie wordt daarbij betrokken en wanneer?
Hoe komt het dat noch het FAVV, noch Sciensano op hun website duidelijke richtlijnen geven om zoönosen te voorkomen?
Wordt er systematisch gescreend op de overdracht van vogelgriep van dier op mens? Op welke manier wordt dat aangepakt?
43.02 Minister Frank Vandenbroucke: Mevrouw Gijbels, binnen mijn bevoegdheid kan ik u alleen de informatie van Sciensano geven. U hebt ook vragen voor het FAVV, dat onder de bevoegdheid van minister Clarinval valt. U zult zich daarvoor dus tot hem moeten richten.
Preventie en controle van infectieziekten vormen bovendien een bevoegdheid van de regionale overheden. Influenza van dierlijke oorsprong is in de drie gewesten een verplicht aan te geven infectieziekte. De richtlijnen van de regionale overheden omvatten uitgebreide algemene maatregelen om de overdracht van vogelgriep naar risicogroepen, bijvoorbeeld in pluimveebedrijven of laboratoria, te vermijden, en specifieke maatregelen die genomen moeten worden bij een persoon met een mogelijke infectie.
Daarnaast volgt de Risk Assessment Group van Sciensano voortdurend mogelijk bedreigingen voor de volksgezondheid op en maakt hij regelmatig een risico-inschatting als er signalen zijn dat de volksgezondheid mogelijk bedreigd wordt.
Deze risico-inschattingen worden telkens opgesteld in samenwerking met externe experts en de betrokken overheden en de aanbevelingen worden overgemaakt aan de Risk Management Group. In de periode 2013-2022 werd zes keer een risico-inschatting opgesteld voor griep van dierlijke oorsprong, meestal naar aanleiding van signalen uit het buitenland.
Sciensano omvat het Nationaal Referentielaboratorium voor aviaire influenza en het Nationaal Referentiecentrum influenza en de diensten veterinaire epidemiologie en epidemiologie van infectieziekten. Sciensano staat in voor de capaciteit om een diagnose te stellen bij mens en dier en voor de actieve en passieve bewaking van de Belgische fokkerijen, en sinds 2022 ook voor het opzetten van een actieve surveillance bij asymptomatische personen met verhoogd risico.
U vraagt waarom noch het FAVV, noch Sciensano duidelijke richtlijnen geeft. Wel, het zijn de regionale agentschappen voor infectieziektencontrole die de richtlijnen opstellen en beslissen over de te nemen maatregelen. De richtlijnen voor Vlaanderen zijn te vinden op de website van het Agentschap Zorg en Gezondheid. De website van het Nationaal Referentielaboratorium voor aviaire influenza van Sciensano beschrijft het aantal recente besmettingen van dieren in de pluimveesector. Dat vindt u ook terug op de website van Sciensano.
U vraagt of er systematisch gescreend wordt op de overdracht van vogelgriep van dier op mens. In februari 2020 werd door Sciensano een risk assessment van H5N1 aviaire influenza in zoogdieren voorgesteld aan de Risk Management Group. Eén van de aanbevelingen betrof het opzetten van een systematische opvolging van personen die beroepsmatig betrokken zijn bij aviaire influenzahaarden zoals de veehouder, zijn familie, personen die werken op het bedrijf, de dierenarts, inspecteurs en ruimingsploegen. De regionale overheden gingen akkoord met de principes van de surveillance en bepalen momenteel hun prioriteiten en werkwijzen onder de coördinatie van Sciensano, dat op basis daarvan het protocol van de opvolging opstelt.
In het kader van de bewaking van aviaire influenza door het NRLAI, worden de bij pluimvee en in het wild levende dieren geïsoleerde virussen vanuit genomisch oogpunt gekarakteriseerd. Een studie van gekende moleculaire markers die verband houden met een verhoogd risico van zoönotische overdracht wordt uitgevoerd op een aantal gerichte virussen, zoals deze die uit vossen werden geïsoleerd.
In samenwerking met het NRC influenza en het Europees referentielaboratorium aviaire influenza wordt het zoönotisch potentieel van deze stammen geëvalueerd door kweek op menselijke gevoelige cellen.
Ziedaar de antwoorden die ik kan geven binnen mijn in dezen enigszins gelimiteerde bevoegdheden.
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, de bevoegdheidskwesties helpen zelden om duidelijkheid te scheppen in zulke zaken. De zoönose an sich zit volgens mij echt op het niveau van het FAVV en Sciensano. Ze hebben daar op zijn minst een rol te spelen. Het verbaasde me dat er zo weinig informatie te vinden is over de mogelijke overdracht van dieren op mensen. Ik ben van mening dat hoe meer er daarover geïnformeerd wordt en hoe meer mensen zich daarvan bewust zijn, hoe kleiner de kans is dat er iets misloopt.
U weet wellicht ook dat België eigenlijk een hoogrisicoregio is voor het ontstaan van zoönose omdat er een grote bevolkingsdichtheid is in combinatie met een grote veestapel. Dat kan overdracht in de hand werken.
Het moet dus goed gescreend worden, zowel door de regio's als door de federale overheid. Het is niet juist om het af te schuiven op een bevoegdheidsverdelingskwestie. Vlaanderen zal zijn rol daarin spelen, net als de andere regio's, maar het kan geen kwaad om zulke informatie ook op te nemen in de websites van zowel het FAVV als Sciensano.
Het incident is gesloten.