Kamerlid
Kruimelpad
Het niet-uitgekeerde bedrag bij toepassing van de 25 %-regel in kinesitherapie - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 18 juli 2023:
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, uit een schriftelijke vraag blijkt dat tussen 2017 en 2021 jaarlijks een bedrag tussen 8 en 25 miljoen euro niet werd uitgekeerd door de toepassing van de 25 %-regel die te maken heeft met de verstrekkingen van niet-geconventioneerde kinesitherapeuten. In 2021 ging het om bijna 22 miljoen.
Zoals u weet, is er in de vorige legislatuur een wet goedgekeurd die een einde moet maken aan die 25 %-regel. Deze regel geldt immers niet voor alle zorgberoepen. Hij geldt bijvoorbeeld niet voor artsen en tandartsen. Toch is er nog steeds geen uitvoeringsbesluit om deze wet in werking te laten treden. De conventiegraad van de kinesitherapeuten is vooral in Vlaanderen bijzonder laag. Om de oorzaak van de lage conventioneringsgraad te achterhalen, zou er een onderzoek plaatsvinden.
Vooral bij de kinesitherapeuten gaat het om fikse bedragen die niet worden uitgekeerd als de 25 %-regel wordt toegepast. Voor welke doeleinden wordt dat 'uitgespaarde' budget aangewend?
Is het aangekondigde onderzoek van start gegaan? Zo ja wanneer en hoe is dat opgezet? Wanneer verwacht u de resultaten daarvan?
Zal ook worden onderzocht hoe het komt dat er in Wallonië een hogere conventiegraad is? Er komen namelijk signalen dat er achterpoortjes worden gevonden om de tarieven daar op te trekken. Bent u daarvan op de hoogte?
Wanneer zult u een einde maken aan de 25 %-regel, zoals ook door het Parlement werd beslist?
Minister Frank Vandenbroucke:
Mevrouw Gijbels, zoals ik al heb gemeld in mijn antwoord op een schriftelijke vraag van mevrouw Pisman, werd de minderuitgave in de ziekteverzekering voor de kinesitherapie ten gevolge van die 25 %-maatregel geschat op 17 miljoen euro, op basis van de geldende tarieven op 1 juni 2022 en de conventiegraad op 20 december 2022.
De uitgaven voor verstrekkingen van kinesitherapeuten maken deel uit van de begroting van geneeskundige verstrekkingen. De toegestane budgettaire groeimarge van deze begroting voor geneeskundige verstrekkingen wordt bepaald door de wettelijke groeinorm met daarbovenop het toegekend bedrag voor de indexering van de vergoedingen. Vervolgens wordt het bedrag van de globale begrotingsdoelstelling verdeeld over de verschillende actoren van de gezondheidszorg. In dat opzicht laat het uitgespaarde budget toe om de groeinorm te respecteren, om binnen deze begroting andere noden in te vullen.
Er bestaat inderdaad een bepaling in de kwaliteitswet die de 25 %-regel afschaft, maar die treedt pas in werking op een datum die door de Koning wordt bepaald. Omdat de eventuele afschaffing van deze regel zeer aanzienlijke gevolgen heeft, moet die zeer goed onderzocht worden wat betreft de haalbaarheid en prioriteit, alvorens een beslissing te nemen.
Het verschil in conventiegraad tussen de verschillende regio’s is voor mij natuurlijk een belangrijk aandachtspunt. In dit kader bestudeert het RIZIV momenteel een voorstel van Axxon en de verzekeringsinstellingen om een enquête te doen bij de actieve kinesitherapeuten om onder meer te achterhalen welke de redenen zijn van conventionering of deconventionering. De verzekeringsinstellingen stellen daarbij voor de enquête uit te breiden tot andere zorgverstekkers dan kinesitherapeuten, omdat de problematiek van de tanende conventiegraad zich niet alleen voordoet bij deze groep. Dit is een relatief complexe oefening, die nog niet is afgerond. Vandaag is het dus nog te vroeg om meer concrete informatie te geven.
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, u zegt dat die minderuitgaven werden geschat op 17 miljoen. In de feiten houdt u er dus al rekening mee dat een groot aantal kinesisten niet geconventioneerd zal zijn. Welk voordeel heeft de overheid dan om ervoor te zorgen dat die conventiegraad zo hoog mogelijk is en om ervoor te zorgen dat er goede tarieven zijn en er goede afspraken kunnen worden gemaakt tussen de kinesisten en de ziekenfondsen? Ik vind het een heel rare redenering dat er al wordt uitgegaan van een bepaalde deconventie-graad.
Die 21 miljoen die niet werd uitgekeerd in 2021 moet wel worden opgehoest door de burgers, de patiënten, de belastingbetalers. Het zijn zij die uiteindelijk de dupe zijn van die slechte akkoorden. In Vlaanderen ziet men al heel duidelijk dat de kinesisten niet meer mee zijn en dat het merendeel niet geconventioneerd is, zeker de jonge kinesisten.
Om die beroepsvereniging te sussen zegt u daar een onderzoek naar te doen. Ik stel echter vast dat dit onderzoek nog altijd niet van start is gegaan en dat er misschien nog andere beroepsgroepen bij worden betrokken.
U hebt ook helemaal niet om mijn laatste vraag geantwoord wanneer er een einde komt aan die 25 %-regel. U doet dat dus niet en u legt de beslissing van het Parlement naast u neer. Dat is onbehoorlijk, mijnheer de minister.
Het incident is gesloten.