Kamerlid
Kruimelpad
De conventie logopedisten - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 18 juli 2023:
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, uit de laatste conventiecijfers bij logopedisten blijkt dat in Wallonië 61 % is toegetreden tot de conventie, in Brussel 53 % en in Vlaanderen slechts 34 %. Over het hele land is dus 45 % van de logopedisten geconventioneerd.
Dit staat in schril contrast met de laatste twintig jaar, want toen lag de conventiegraad boven de 99 %. Volgens de Vlaamse Vereniging voor Logopedisten, die aan de alarmbel trekt, hebben meer dan 150 praktijken in het afgelopen anderhalf jaar hun deuren gesloten. Als dat klopt, is het wel verontrustend, want door de afname van het zorgaanbod zijn de wachtlijsten veel langer geworden.
Wat is volgens u de reden dat de deconventiegraad overal zo sterk toegenomen is, vooral zo uitgesproken in Vlaanderen?
Bent u hierover in overleg met de beroepsverenigingen?
Hebt u zicht op het aantal logopedisten dat in de jongste twee jaar gestopt is? Kloppen de cijfers? Kunt u daar iets meer over vertellen?
Wat is uw plan om een hogere conventiegraad te bekomen? Welke acties plant u om de wachtlijsten te reduceren? Op welke manier wordt dit gemonitord?
Minister Frank Vandenbroucke:
Mevrouw Gijbels, naar aanleiding van de publicatie van de wijzigingsclausule bij de overeenkomst voor de logopedisten werd inderdaad een globale conventiegraad van 45,21 % vastgesteld, waarvan 60,63 % voor het Waalse Gewest, 52,92 % voor Brussel en 33,94 % voor het Vlaamse Gewest.
Ik weet dat er in de sector ontevredenheid heerst over de tarieven, maar ik wijs er nogmaals op dat er de afgelopen jaren enkele beduidende financiële inspanningen geleverd zijn voor de sector logopedie. In de loop van 2020 werden de honoraria verhoogd van 23,60 euro tot 28,04 euro voor een zitting van 30 minuten. Daarnaast besliste de regering vorig jaar om vanaf 1 juni voor alle zorgberoepen een voorschot op de indexering voor 2023 toe te kennen. Voor de sector logopedie betekende dat een bedrag van 2,236 miljoen euro, wat een belangrijke ondersteuningsmaatregel was in het kader van de hoge inflatie.
Het huidige budgettaire kader voor 2023 liet niet toe om in extra structurele maatregelen te voorzien voor de sector logopedie. In het kader van de onderhandelingen over een nieuwe overeenkomst in 2024 ende partiële begrotingsdoelstellingen die in het najaar van 2023 worden opgesteld, kan het budget voor de sector opnieuw worden geëvalueerd. Voor dit jaar is boven op de bestaande honoraria in elk geval al in een extra budget voorzien van 3,7 miljoen euro, in de vorm van een conventiepremie ter ondersteuning van de geconventioneerde logopedisten. Die structurele kostencompensatie komt zorgverleners die de tarieven respecteren tegemoet bij oplopende praktijkkosten voor personeel, energie en dergelijke.
De Vlaamse Vereniging voor Logopedisten verklaarde begin juli in de media dat sinds begin 2022 160 logopedisten hun praktijk hebben stopgezet en dat veel logopedisten een wachtlijst hebben. Ik beschik niet over specifieke cijfers over de stopzetting van praktijken en wachtlijsten in de logopedie. Wel kan ik de evolutie van het aantal logopedisten met profiel van de voorbije en de komende jaren opvolgen. Een logopedist met profiel heeft in dat betreffende jaar ten minste één geboekte verstrekking. De tendens van het stopzetten van praktijken is voorlopig niet zichtbaar in de beschikbare cijfers tot en met 2021. De geactualiseerde cijfers voor het jaar 2022 kunnen verder worden opgevolgd.
Daarnaast kunnen toekomstige PlanKad-rapporten van de Planningscommissie - medisch aanbod bijvoorbeeld tendensen blootleggen wat betreft in- en uitstroom van logopedisten en de contextuele factoren die daarbij een rol zouden kunnen spelen.
In de Overeenkomstencommissie Logopedisten – Verzekeringsinstellingen worden actuele thema’s en bezorgdheden van de zorgverleners en verzekeringsinstellingen besproken. Signalen van de logopedisten kunnen via dit overlegorgaan gecapteerd worden door de overheid. Enkele maanden geleden, op 8 mei om precies te zijn, heeft mijn kabinet nog een delegatie van de Vlaamse Vereniging voor Logopedisten en de Union Professionnelle des Logopèdes Francophones ontvangen om prangende thema’s in de sector te bespreken, zoals de conventie-graad, de honoraria, een herziening van de nomenclatuur en de vraag naar administratieve vereenvoudiging.
Die thema’s liggen in de lijn van projecten die figureren in de overeenkomst 2022-2023. De beroepsorganisaties gaan daarover verder in overleg met de verzekeringsinstellingen, met het oog op het sluiten van een overeenkomst voor 2024-2025. Ik kijk in elk geval uit naar verdere voorstellen vanuit de sector met betrekking tot de aangehaalde thema’s, omdat ik meen dat maatregelen op dit vlak kunnen leiden tot een verhoging van de conventiegraad en logopedisten ervan kunnen overtuigen om hun praktijk voort te zetten.
Frieda Gijbels (N-VA):
Dank u, mijnheer de minister. Het is erg opvallend dat er opeens zo’n sterke deconventie is onder de logopedisten. Ze zijn blijkbaar niet alleen ontevreden over de voorstellen die worden gedaan, ze vinden het zelfs onleefbaar. Anders sluit men zijn praktijk niet, denk ik. Als veel logopedisten de deur sluiten, naar ik hoor 160 praktijken, dan verhoogt de druk op de overblijvende logopedisten. Dat maakt het voor hen ook moeilijker om vol te houden en dat wordt een vicieuze cirkel. Ik wil er dus toe oproepen om echt constructief in overleg te gaan en goed te luisteren naar de bezorgdheden, om daar de juiste conclusies uit te trekken en ervoor te zorgen dat het beroep op zijn minst weer leefbaar wordt.
U zegt echter dat u het zult opvolgen. De logopedisten met een profiel zijn logopedisten die minstens één verstrekking per jaar doen. Zo zullen we er echter niet komen, het moet iets fijnmaziger worden opgevolgd als we echt het correcte aanbod aan logopedisten willen kennen en opvolgen.
Het incident is gesloten.