Kamerlid
Kruimelpad
De perspectief voor onze gezondheidszorg - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 4 juli 2023:
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, zoals we allemaal weten zijn er veel vacatures voor verpleegkundigen, hoewel er in ons land al veel verpleegkundigen zijn in verhouding tot andere landen. Tegelijkertijd stellen we vast dat veel verpleegkundigen afhaken, omdat het werk te zwaar is of omdat ze zich niet gewaardeerd voelen. Er lijkt dus iets fundamenteels te schorten aan de manier waarop ons zorgsysteem functioneert.
Het is daarbij van belang ervoor te zorgen dat we zoveel mogelijk ziekenhuisopnames voorkomen door in te zetten op preventie. Op die manier kunnen we er ook voor zorgen dat er meer handen aan het bed zijn. Door een versnippering van de zorg over verschillende beleidsniveaus is een coherent beleid evenwel bijzonder moeilijk.
Werd er onderzocht welke voordelen een eengemaakte zorg op het niveau van de deelstaten zou hebben? Kunt u dat toelichten? Welke stappen zijn er al gezet naar een eengemaakte zorg op het niveau van de deelstaten? Waarom vernemen we daar zo weinig over?
Werd er onderzocht hoe de inzet van verpleegkundigen in ons land zich verhoudt tot die in andere landen? Waar zetten wij er meer en waar eventueel minder in? Kunt u dat toelichten? Hoe verhoudt ons land zich ten opzichte van de ons omringende landen wat het aantal en de duur van de ziekenhuisopnames betreft?
Minister Frank Vandenbroucke:
Mevrouw Gijbels, er is in Vlaanderen grote druk op verpleegkundigen, huisartsen en bepaalde specialismen. Zo spraken we al over de oftalmologen. Er is in Brussel en Wallonië ook grote druk. De situatie is niet overal volledig gelijk, maar tekorten en stress stellen we vandaag overal vast.
Het is me niet volledig duidelijk wat u met een eengemaakte zorg bedoelt, maar ik neem aan dat u bedoelt dat ofwel Vlaanderen ofwel de federale overheid de volledige bevoegdheid voor zorg en gezondheidszorg zou hebben. Het probleem is in belangrijke mate demografisch en heeft te maken met veroudering en het feit dat er in verhouding tot de nood aan zorg te weinig handen en te weinig goed georganiseerde handen beschikbaar zijn. Ik zie niet in hoe een eengemaakte zorg, dus een radicale staatshervorming, dat probleem meteen verandert. Daardoor verandert er niks aan de veroudering van de bevolking, het aanbod van artsen en verpleegkundigen enzovoort.
Het is wel zo dat de problemen waarmee we te maken hebben veronderstellen dat men veel overlegt. Ik heb al betreurd dat men in Vlaanderen in de zomer niet is ingegaan op de verhoogde quota die beschikbaar waren om meer artsen en tandartsen toe te laten. Ik ben blij dat dit vandaag onder onze druk uiteindelijk wel is gebeurd. Met enig overleg had dat beter kunnen lopen. Overleg is dus nodig.
Er moet inderdaad geïntegreerde zorg tot stand komen, los van schotten tussen disciplines of bevoegdheidsniveaus, geïntegreerde zorg waarbij de competenties van alle beschikbare zorgverleners zo goed mogelijk worden ingezet. Daarom is integratie van zorg over de grenzen van bevoegdheden en disciplines heen heel belangrijk. Het overleg dat ik pleeg over het plan interfederale zorg is in zekere zin een stukje van de puzzel die we moeten leggen om dat antwoord op de tekorten aan zorgverleners aan te pakken. Eengemaakte zorg, dus een radicale staatshervorming in de ene of de andere richting, van volledige opsplitsing tot volledige herfederalisering, is volgens mij niet het noodzakelijke antwoord. Ik begrijp zelfs niet goed waarom u dat zegt.
U stelde me een aantal statistische vragen waarop de antwoorden te vinden zijn in het rapport Health at a Glance: Europe 2020 van de OESO. België staat daar voor 2020 bij de tien eerste landen met betrekking tot het aantal actieve verpleegkundigen per 1.000 inwoners. We bevinden ons met 11,1 actieve verpleegkundigen per 1.000 inwoners op hetzelfde niveau of net onder het niveau van onze buurlanden. Duitsland ligt wat hoger met 12,1, Nederland is identiek met 11,1. We zitten veel hoger dan het gemiddelde van de EU27, dat 8,3 verpleegkundigen per 1.000 inwoners bedraagt. U kan de verschillende sectoren waarin de verpleegkundigen actief zijn, terugvinden in het rapport ‘Verpleegkundigen op de arbeidsmarkt 2004-2018’, dat ook beschikbaar is op de website van de FOD Volksgezondheid. Scenario’s van de evolutie per sector waarin de verpleegkundigen actief zijn, werden eveneens gepubliceerd. Tegen het einde van dit jaar zal het rapport ‘Verpleegkundigen op de arbeidsmarkt’ van de FOD geactualiseerd worden met gegevens voor de periode 2019-2021. Voor de ziekenhuisopnames per 1.000 inwoners in 2020 bevindt België zich volgens Health at a Glance boven het gemiddelde van de 25 landen van de EU: 5,5 ziekenhuisbedden per 1.000 inwoners in 2020 tegen 5,0. België en Duitsland zijn de landen die de meeste ziekenhuisbedden aanbieden met 7,8 bedden per 1.000 inwoners. Frankrijk heeft er 5,7, Luxemburg 4,2 en Nederlands slechts 2,9, dus heel wat minder. Er bestaat geen vergelijking van de duur van de hospitalisaties in dit rapport.
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, ik dank u voor het antwoord. Ik wil u gerust mijn redenering uitleggen. We hebben inderdaad veel verpleegkundigen als men dat vergelijkt met het Europees gemiddelde. In de statistieken zitten we heel goed, maar toch kreunen de ziekenhuizen onder een tekort aan verpleegkundigen. Sommige ziekenhuizen moeten zelfs bedden sluiten. Hoe komt dat? Volgens mij is de reden dat onze zorg fout georganiseerd is, dat het zorgpersoneel niet correct kan worden ingezet omdat er geen visie is op een eengemaakte zorg, terwijl die wel in het regeerakkoord was aangekondigd.
U zegt dat het niet duidelijk voor u is op welk niveau die zorg best wordt georganiseerd, maar het regeerakkoord is volgens mij wel heel duidelijk. Dat verwijst duidelijk naar de deelstaten om de zorg te organiseren. Het lijkt mij ook logisch dat elke gemeenschap de kans krijgt om eigen accenten te leggen. De behoeften zijn immers anders in elke gemeenschap. Dat lijkt mij dus heel duidelijk te zijn.
De zorg is versnipperd. Zolang er geen coherente visie op de zorg kan worden ontwikkeld, zetten wij te weinig in op preventie en kan er ook geen sprake zijn van geïntegreerde zorg. Dan krijgt men te veel ziekenhuisopnames, waardoor men veel zorgpersoneel nodig heeft. Hoeveel verpleegkundigen we ook hebben, als we ze niet goed inzetten, gaat dat geen zoden aan de dijk brengen.
Mijnheer de minister, ik hoop dat u dat laatste jaar toch nog gebruikt om stappen richting de eengemaakte zorg op het niveau van de gemeenschappen te zetten.
Het incident is gesloten.