Kamerlid
Kruimelpad
Debriefing ziekenhuizen crisisaanpak - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie gezondheid 8 februari 2022:
03.01 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, mijn vraag is gedateerd, want ik heb het daarin nog over de vierde golf. Ondertussen lijkt de vijfde coronagolf toch op zijn retour te zijn, alleszins wat het aantal besmettingen betreft. Gelukkig hebben wij in deze golf ook gezien dat er een relatief kleine impact is geweest op de ziekenhuizen en de intensieve zorg in vergelijking met het aantal besmettingen en dat de mortaliteit eerder beperkt is. Ik denk dat we nu terug op een normale mortaliteit zitten. Dat neemt echter niet weg dat ziekenhuizen wel een en ander hebben meegemaakt. Mijn vragen gaan over wat we uit voorbije golven hebben geleerd, mijnheer de minister. Is er na elke golf een debriefing met de ziekenhuissector geweest? Zo ja, wanneer en op welke manier werd dit opgevat? Bestaan er documenten van die debriefings en waar zijn die te vinden? Zo neen, waarom werd dit niet georganiseerd? Welke voorstellen werden door de sector geopperd en welke gevolgen zijn eraan gegeven? Welke punten kwamen als meest urgent naar voren? Zijn deze aangepakt? Werd er een plan voor de ziekenhuissector opgemaakt om hem crisisbestendiger te maken? Zo ja, hoe ziet dit plan er uit? Welke maatregelen werden genomen om, in tijden van crisis, de handen aan het bed te kunnen garanderen?
03.02 Minister Frank Vandenbroucke:
Het comité Hospital & Transport Surge Capacity (HTSC), dat onder het voorzitterschap van onze FOD staat en samengesteld is uit vertegenwoordigers van alle overheden, Defensie, de ziekenhuiskoepels, de verenigingen van hoofdartsen en het verpleegkundig management, aangevuld met experts zoals de voorzitter van de Vereniging voor Intensieve Geneeskunde, heeft doorheen de verschillende golven van deze pandemie de vinger aan de pols gehouden bij de ziekenhuizen. Het heeft ook onmiddellijk bijgestuurd waar nodig. Voor alle duidelijkheid, de covidpieken binnen de ziekenhuizen worden afgewisseld met periodes van versneld inhalen van zorg. De crisis binnen de ziekenhuizen mag dus niet alleen als de covidpieken worden gezien. De crisis binnen de ziekenhuizen is op volle kracht blijven doorrazen, ook tussen de pieken door en dit nu al twee jaar lang. Er is dus niet veel tijd en ruimte voor reflectie binnen de sector geweest. Dat heeft echter niet belet dat de sector continu verbetertrajecten heeft opgezet uit eigen initiatief, maar ook onder het aansturen van het HTSC. Naast de continue zelfevaluatie en bijsturing binnen het HTSC zelf, werd na de eerste coronagolf aan het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg een onderzoeksrapport over de werking en de maatregelen van het HTSCgevraagd. Dit rapport is bezorgd in december 2020, tegen het einde van de tweede coronagolf. De vijf eerste aanbevelingen van dit rapport zijn de volgende.
Ten eerste, de ziekenhuisnoodplannen versterken en een pandemisch onderdeel eraan toevoegen. Binnen de IMC volksgezondheid werd een protocolakkoord gesloten opdat de FOD Volksgezondheid een coördinerende rol zou mogen opnemen binnen het bijsturingsproces van het ziekenhuisnoodplan. Teneinde een beroep te kunnen doen op de nodige expertise werd door de FOD Volksgezondheid een openbare aanbesteding uitgeschreven. Deze procedure werd begin december afgesloten en de werkzaamheden zullen in het voorjaar van dit jaar van start gaan.
Ten tweede, het HTSC omvormen tot een permanent orgaan met wettelijke beslissingsbevoegdheden. Met artikel 13 van de wet van 4 november 2020 inzake verschillende sociale maatregelen ingevolge de COVID-19-pandemie hebben we daaraan voldaan. De wettelijke verankering verloopt op 31 december, maar de nodige stappen zijn gezet voor een structurele verankering na die datum.
Ten derde, het zorgpersoneel versterken en ondersteunen. Er zijn belangrijke investeringen gebeurd, zoals in het zorgpersoneelfonds. Sociale akkoorden zijn gesloten en ook de deelstaten hebben initiatieven genomen. Dat vormen belangrijke eerste stappen.
Ten vierde, de ziekenhuissector hervormen. We moeten vastleggen welk type en volume ziekenhuiscapaciteit, intermediaire en ambulante capaciteit, in termen van personeel (kwantitatief en kwalitatief) en in termen van bedden en middelen nodig zijn om voorbereid te zijn op toekomstige crisissituaties. Het gaat eveneens om de rol en de capaciteit die andere actoren kunnen invullen, bijvoorbeeld Defensie, ook met het oog op alternatieven voor klassieke ziekenhuiszorg, zoals thuiszorg, residentiële zorg voor ouderen of revalidatiezorg. De toekomstige behoefte aan ziekenhuisbedden hangt mee af van de beschikbaarheid van deze alternatieven. In het kader van de hervorming van de ziekenhuissector wil ik hierover met de Federale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen nadenken. Hoe kijken we aan tegen de huidige capaciteit, dus de beddenstructuur? Dat is een belangrijke werf.
Ten vijfde, een datasysteem voor IC-afdelingen uitrollen op landelijk niveau. Dat zou toelaten om de beschikbaarheid en het gebruik van intensieve zorg realtime of op heel korte termijn te monitoren, ook met patiëntenkenmerken en uitkomsten.
Meten is weten. De datavergaring is doorheen de crisis mee geëvolueerd, het verzamelen van de surge-gegevens is ook gereglementeerd. De variabelen zijn inhoudelijk mee geëvalueerd. Zo werd onlangs nog de boostervaccinatie toegevoegd. Maar ook de vrijwillige clinical data-vragenlijst, die zeer omvangrijk was, werd onderworpen aan een herevaluatie en aanpassing. De realtime monitoring blijft nog een belangrijke werf. We zijn dus niet nog niet waar we zouden moeten zijn.
Tot daar het overzicht van de werven die al opgestart zijn en die gelanceerd zijn maar nog geconcretiseerd moeten worden.
03.03 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, ik kan me zeker iets voorstellen bij het tijdsgebrek tussen de verschillende golven. De laatste twee jaar is het in de ziekenhuizen nooit kalm geweest. Ik snap dat de ziekenhuizen daar geen prioriteit aan gegeven hebben.
Tegelijk vind ik dat de overheid wel die eerste stappen moet zetten en wel initiatieven moet nemen. En dat mis ik. De analyse door het KCE van de HTSC-werking was een heel goed initiatief. Daar zijn belangrijke bevindingen naar voren geschoven. Het is ook goed dat u daar werk van wilt maken. Maar bij de ziekenhuizen hoor ik toch dat er geen consequente en structurele uitwisseling van informatie is geweest na elke piekbelasting door covid. De ziekenhuizen wisten niet van elkaar hoe de situatie in elk ziekenhuis was, of waar er verbeterpunten waren.
De ziekenhuizen hebben wel initiatieven genomen om het intern beter aan te pakken. Daar is toch ook een rol weggelegd voor de overheid. De ziekenhuissector heeft, terecht, veel middelen gekregen. We moesten immers die crisis beheersen. Tegelijk hoort er volgens mij dan bij om ziekenhuis per ziekenhuis te bekijken wat ermee is gebeurd en op welke manier we beter bestand zijn tegen een volgende crisis. Het is ook een blijk van betrokkenheid van een overheid wanneer er consequent en structureel navraag naar gebeurt en, vooral, wanneer de gegevens onderling ook worden uitgewisseld. We zitten in een crisis zonder voorgaande en moeten de gelegenheid te baat nemen om hier alle lessen uit te trekken die we kunnen en die mee te pakken naar een volgende crisis die hopelijk nog ver van ons af ligt, maar waarvan we bijna kunnen voorspellen dat ze er ooit zal komen.