Kamerlid
Kruimelpad
Ethyleenoxide - Mondelinge vraag aan minister Clarinval
Commissie Gezondheid 18 oktober 2021:
01.01 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, we hebben allemaal zitten wachten op het broodnodige actualiteitsdebat over ethyleenoxide, want de eerste productterugroepingen dateren al van een jaar geleden. In het begin was de boodschap vooral geruststellend, omdat het kleine dosissen betrof. Ondertussen zijn er echter al zoveel producten moeten teruggeroepen worden dat wij toch een chronische blootstelling aan vele producten moeten vrezen en dat wij van een echt voedselschandaal kunnen spreken. Ik heb heel veel vragen ingediend, namelijk vragen nrs. 55020021C en 55021314C. Ik zal ze niet allemaal voorlezen, maar ik hoop wel dat ze stuk voor stuk zullen worden beantwoord. Wij willen immers allemaal duidelijkheid. Mijnheer de minister, Steeds meer producten worden teruggeroepen omdat ze ingrediënten bevatten die behandeld zijn met ethyleenoxide. In het begin ging het om sesamzaad, maar nu wordt ook johannesbroodpitmeel genoemd, dat in vele producten gebruikt wordt. Ook andere gewassen zouden in bepaalde landen met ethyleenoxide mogen worden behandeld. Aangezien de problematiek steeds grotere proporties lijkt aan te nemen, heb ik hierover volgende vragen: In welke landen is ethyleenoxide toegelaten als gewasbeschermingsmiddel? Over welke gewassen en producten gaat het? Is hier een volledig overzicht van? Op welke manier wordt nagegaan of producenten geïmporteerde producten afdoende controleren op ethyleenoxide? Welke maatregelen neemt België ten aanzien van landen of leveranciers die producten verkopen die residuen van ethyleenoxide bevatten? Welke preventieve maatregelen zijn er en welke repressieve? Worden er steekproeven uitgevoerd op geïmporteerde grondstoffen? Zo ja, op welke manier gaat men hierbij te werk? Wat is de toegelaten drempel voor de aanwezigheid van ethyleenoxide in voedingsproducten? Geldt dezelfde drempelwaarde voor alle EU landen? Hoe verhoudt deze drempel zich tot andere, niet EU landen? Mijnheer de minister, Aanvankelijk werd ethyleenoxide aangetroffen in sesamzaad, later in kruiden zoals kurkuma en gember en recent in johannesbroodpitmeel. De vele terugroepacties hebben een grote financiële impact voor de voedselverwerkende industrie. - Blijkbaar was het sesamzaad uit India geïmporteerd door een Belgische firma. Hoe zit dat met de kruiden en het johannesbroodpitmeel? Welke importeurs uit welke landen zijn hier betrokken? Uit welke landen zijn de grondstoffen afkomstig? - Wat is de verantwoordelijkheid van een importeur met betrekking tot de kennis en controle van het productie- en behandelingsproces van grondstoffen in het land van herkomst? - Welke bi-/multilaterale verdragen houdende sanitaire en fytosanitaire standaarden met welke derde landen zijn hier van toepassing, hebben er schendingen van de betrokken verdragen plaatsgegrepen (zo ja, welke?) en welk gevolg zal hieraan gekoppeld worden? - Welke rol speelden EFSA, EUROPHYT en/of andere Europese instanties/systemen? Hebben zij hun rol afdoende vervuld? Welke rol heeft het DG SANTE opgenomen? Hoe verliep het overleg met het FAVV? - Welke waarschuwingslichten zijn wel/niet/te laat afgegaan en welke lessen worden hieruit getrokken? Zullen er (controle)procedures worden gewijzigd en zo ja welke? - Hoe komt het dat de terugroepacties over zoveel maanden gaan? Is elke grondstof dan niet onmiddellijk traceerbaar? Wat is hier de vertragende factor en is hier ruimte voor verbetering? - Het betreft een terugroeping van ondertussen zeer veel diverse producten. Door de diversiteit verhoogt de kans dat een individu toch dagelijks ethyleenoxide inneemt. Is hier een risicoanalyse gebeurd en zo ja, kan u die toelichten? Zo neen, waarom niet? Vanaf welke dagelijkse inname verhoogt het risico op kanker en hoe groot is het risico dat mensen deze drempel hebben overschreden? - Voert het FAVV steekproeven uit op een breed scala aan pesticiden? Zo ja, hoe vaak en wat zijn de resultaten daarvan? - Hoe verliep de coördinatie en het overleg in deze kwestie, zowel op EU-vlak als met andere betrokken lidstaten? - Hoe groot is de financiële impact voor de Belgische voedingsindustrie? Welke stappen kan u nemen ten opzichte van de leveranciers die verboden pesticiden gebruiken? Heeft u hierover overlegd met uw Europese collega's? - Hoe wil men de voedselverspilling die gepaard gaat met terugroepacties van gecontamineerde voedingswaren tot een minimum beperken en welke rol neemt de EU hierin op?
01.06 Minister David Clarinval:
Mijnheer de voorzitter, residuen van ethyleenoxide zijn voornamelijk aangetroffen in sesamzaad, specerijen zoals kurkuma, curry, gember, peper, grondstoffen die worden gebruikt in de voedingssupplementen, meer bepaald in psylliumvezels en moringapoeder, en meer recent in levensmiddelenadditieven zoals guargom en johannesbroodpitmeel. Alle non-conformiteiten worden gemeld via het RASFF-systeem dat toegankelijk is voor het grote publiek en voor de operatoren, en toegang biedt tot de belangrijkste informatie. Bij sesamzaad uit India deden zich herhaaldelijk problemen voor wat betreft de overschrijding van de maximale residulimieten (MRL) die voor EtO zijn vastgesteld in de Europese wetgeving. Er bestaat geen lijst van derde landen die het gebruik van EtO voor de behandelingen van levensmiddelen toelaten. Het voornaamste land van oorsprong van de gecontamineerde producten is India, maar andere landen zoals Turkije, China, Oeganda, Maleisië en Marokko zijn ook betrokken bij de problematiek. De toename van de productterugroepingen in augustus en september kan worden verklaard door de toepassing sinds 13 juli 2021 van een geharmoniseerde aanpak op verzoek van de Europese Commissie in de andere EU-lidstaten. Sindsdien werden op verzoek van de Europese Commissie alle eindproducten zoals consumptieijs, die zijn vervaardigd met een ingrediënt dat non-conform was wat de maximale residulimieten betreft die zijn vastgesteld voor EtO, systematisch uit de handel genomen en teruggeroepen van bij de consumenten, ongeacht hun EtOresidugehalte. Deze zerotoleranceaanpak voor met EtO gecontamineerde producten is strikter dan de standaard aanpak die België voordien toepaste en die in maatregelen voorzag die rekening hielden met een risicogebaseerde benadering. Deze aanpak zorgde ook voor heel wat extra voedingsverspillingen. Naar aanleiding van de Europese vergadering van 4 oktober 2021 en de daar aangebrachte elementen bleek dat de aanpak van België verder verfijnd dient te worden. Voor nieuwe dossiers wordt de conformiteit getoetst aan de MRL gebaseerd op berekeningen waarbij de verdunningsfactor in rekening wordt gebracht en bevestigd door een analyseresultaat. Wat de controle van het FAVV betreft, heeft het FAVV naar aanleiding van de problematiek van ethyleenoxide zijn controleprogramma aangepast en versterkt. Verschillende tientallen monsters werden reeds genomen of worden momenteel genomen op de Belgische markt, met het oog op de controle van de conformiteit met de in de wetgeving vastgestelde MRL. Bovendien worden op Europees niveau versterkte invoercontroles verricht op sesamzaad uit India. Iedere zending die aankomt in Europa moet sinds november 2020 vergezeld zijn van een officieel analysecertificaat, afgeleverd door de bevoegde autoriteiten. Uit dit certificaat moet blijken dat de producten werden bemonsterd en geanalyseerd met het oog op de controle van de aanwezigheid van residuen van bestrijdingsmiddelen, waaronder EtO. Bovendien wordt 50 % van de zendingen onderworpen aan een analyse bij aankomst in Europa. Concernant les responsabilités et les sanctions, l'importateur est responsable des produits qu'il met sur le marché européen et doit veiller, dans le cadre de son autocontrôle, à ce que ceux-ci respectent les limites maximales de résidus (LMR) de pesticides fixées dans la législation. Pour ce faire, il peut demander des garanties à ses fournisseurs et procéder à des analyses. Il a l'obligation d'informer l'AFSCA des nonconformités dans le cadre de l'obligation de notification. La commercialisation et/ou l'utilisation de denrées alimentaires non conformes aux LMR fixées par le droit européen sont interdites et passibles d'un procès-verbal de contrefaçon entraînant une amende administrative. Si des produits non conformes sont trouvés, les entreprises alimentaires sont également tenues de les retirer du marché et de les rappeler aux consommateurs. Certains produits non conformes peuvent être identifiés avant d'être mis sur le marché comme, par exemple, les graines de sésame d'Inde qui font l'objet d'un contrôle renforcé à l'importation. Cependant, les produits non conformes sont également identifiés dès leur mise sur le marché ou leur utilisation. Les mesures de retrait ou de rappel auprès des consommateurs sont donc nécessaires. Les rappels de produits font l'objet d'un communiqué de presse et sont publiés sur le site internet de l'AFSCA. Concernant les limites maximales de résidus, la législation européenne fixe des limites maximales de résidus pour les pesticides qui s'appliquent à tous les aliments dans tous les États membres. L'ETO étant une substance non autorisée en Europe, les limites maximales de résidus ont été fixées à la limite de détection qui est la concentration la plus faible pouvant être mesurée. Selon les aliments, cette valeur est comprise entre 0,02 et 0,1 mg par kilo, là où elle est beaucoup plus élevée au Canada et aux États-Unis par exemple. Monsieur le président, ce sont là les réponses aux diverses questions qui m'ont été posées.
01.07 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, u geeft hier een aantal antwoorden, maar ik blijf met vragen zitten. Wat ik nog altijd niet goed begrijp, is dat er niet standaard wordt gecontroleerd op een product dat niet toegelaten is in de EU. Als ik het goed voorheb, was het eigenlijk Italië dat het gebruik van ethyleenoxide op sesamzaden heeft ontdekt en toen bleek dat de importeur van die zaden zich in België bevond. Ik vind het vreemd dat daarop geen standaardcontroles worden uitgevoerd aangezien het toch een product is dat in de lijst van de EU staat en dus niet toegelaten wordt. Ik heb ook gelezen dat u zou hebben geadviseerd om de drempelwaarde aan te passen, maar u hebt daar niet op geantwoord. Ik heb daar zelf niet zoveel verstand van, maar ik luister dan naar experts ter zake. Professor Tytgat zegt dat het geen goed idee is om aan die drempelwaarde te morrelen omdat het om een accumulatie van verschillende producten gaat en het heel moeilijk in te schatten is wat de uiteindelijke gevolgen zullen zijn. Er zijn immers geen rechtstreekse acute gevolgen, maar er kunnen wel gevolgen op langere termijn zijn, zoals een verhoogd risico op kanker. Wij mogen daar toch geen compromissen sluiten. Het moet echt gaan om het beter controleren van de voedselketen en het beter in kaart brengen van de verschillende tussenpersonen of firma's die daarin een rol spelen. We zijn nu een jaar na de eerste terugroeping en vorige week nog werden er opnieuw producten teruggeroepen. Hoe goed is ons zicht op de voedselketen en op de herkomst van al die producten? Ik stel mij daar grote vragen bij. Zouden we daarvan geen grote doorlichting moeten vragen? Als zoiets nu kan gebeuren met ethyleenoxide, dan kan dat waarschijnlijk ook met een ander product. Ik ben niet echt gerustgesteld door uw antwoorden en zal hierop zeker nog terugkomen.