
Kamerlid

Het federale testplatform - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 22 oktober 2021:
26.02 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, mijn vraag is een vervolg op de interpellatie die ik in de plenaire vergadering hield over dit onderwerp. Er is nog altijd niet zoveel duidelijkheid over de aanwending van de forfaitaire bedragen. Ik heb dan ook enkele vragen. Hoeveel mensen werden er in dienst genomen per lab van het federale testplatform? Kunt u het aantal fulltime equivalenten aangeven per locatie, van de oprichting van het platform tot nu? Hebt u al zicht op de besteding van de middelen toegekend aan de labs? Konden zij enkel worden aangewend om personeel te vergoeden of konden er ook andere zaken mee worden vergoed? Stond er ook een bepaalde verantwoording tegenover? Met andere woorden, hebt u al zicht op de aanwending van de middelen en kunnen eventuele overschotten worden teruggevorderd?
26.04 Minister Frank Vandenbroucke:
Ik heb in mijn antwoord op de interpellatie inderdaad al een aantal dingen gezegd. Mijnheer Creyelman zegt trouwens ook terecht dat er hierover al veel in de pers is geschreven. Mijnheer de voorzitter, mag ik ervan uitgaan dat dit de laatste vraag is, hoewel ik eerder had toegezegd tot 17.45 uur aanwezig te blijven in deze commissie? De pers wil graag nog een reactie van mij op het debat van deze middag. Dat is trouwens een mooie valorisatie van wat in de commissie aan bod is gekomen. Is de rol van het Federaal Testplatform geëvolueerd? Het antwoord is ja. Zoals ik al zei in de discussie met mevrouw Gijbels hebben de klinische laboratoria, buiten het Federaal Testplatform, veel meer capaciteit ontwikkeld. Daardoor is het Federaal Testplatform een andere rol gaan spelen qua buffercapaciteit. De laboratoria van het Federaal Platform vervullen wel nog altijd een rol in de grootschalige screening van collectiviteiten, op vraag van de regionale gezondheidsautoriteiten, in de verwerking van de stalen van 54 testcentra. Zij spelen ook een belangrijke rol in de analyse van de variants of concern. Overigens, net vandaag krijg ik van diverse kanten enkele alarmerende berichten omtrent de beschikbare testcapaciteit. Blijkbaar herleeft de zorg over de vraag of we wel genoeg testcapaciteit hebben. Mevrouw Gijbels, zodoende belanden we eigenlijk in de toepassing van een discussie die we al hebben gevoerd, met name over de vraag op welk moment iedereen naar meer testcapaciteit vraagt versus het moment waarop iedereen stelt dat er in veel te veel testcapaciteit voorzien is, wat te veel geld kost. Vandaag lijkt het er dus op dat we terugvallen in de zorg over een eventueel gebrek aan testcapaciteit. Mevrouw Sneppe, u vraagt of de financiering aangepast werd. Dat is inderdaad gebeurd. Het Verzekeringscomité heeft beslist dat de maandelijkse vaste financiering vanaf 1 oktober verlaagd wordt. Inzake de tests heb ik een tabel met voor elk van de acht laboratoria het maximum aantal tests, het gemiddelde en de mediaan. Het dagelijkse maximumaantal tests was bijvoorbeeld voor de UCL 4.970, voor Namen 2.804, voor de ULB 4.071, voor Luik 9.120, voor Mons 2.709, voor UZA 10.000, voor Gent 3.956 en voor Leuven 2.764. Luik en de UCL zijn wel gepoold over het consortium. Dit zijn de geregistreerde maxima. De gemiddelden liggen daar een stuk onder. Dat zijn inderdaad de cijfers waarop de kritiek is gebaseerd. De gemiddelden liggen tussen heel laag, 795 voor Namen en relatief hoog, 1.861 voor Antwerpen. De mediaan ligt laag voor Namen, met 694, tot hoog voor Antwerpen met 1.613. U kan het tabelletje met de cijfers krijgen. Zoals ik net heb meegegeven, is er één labo dat gemiddeld op bepaalde momenten duidelijk boven de 2.000 tests is gegaan. Wat is de forfaitaire tegemoetkoming voor het centrum dat wordt belast met het onderzoek en het aanleveren van expertise voor systemen van kwaliteitsbewaking en validatie? Dat is 20.500 euro per maand. Mevrouw Sneppe, u vraagt wanneer het Federaal Testplatform zal worden beëindigd. In een evaluatierapport van het Federaal Platform wordt een risico-kostenanalyse gemaakt die stelt dat Federaal Platform nodig blijft in bepaalde scenario's waarin de komende maanden meer zal worden getest dan vandaag. Indien er evenveel of minder wordt getest, kunnen wij binnen de bestaande laboratoria de vraag opvangen. Het rapport onderzoekt verschillende scenario's. Echter, op basis van de risico-kostenanalyse wordt voorgesteld het Platform nu toch nog open te houden. Er zal een nieuwe evaluatie worden gemaakt eind 2021. Mevrouw Gijbels, wij hebben op het niveau van het RIZIV geen cijfers van het aantal VTE's per locatie. De forfaitaire vergoeding wordt gebruikt voor werkingskosten, zijnde personeel en werkingsmiddelen die noodzakelijk zijn om het dagelijkse volume te kunnen uitvoeren. We hebben tot nog toe geen bevraging gedaan naar de aanwending van deze vergoeding. De cijfers heb ik u bezorgd, denk ik. Volgens Het Laatste Nieuws zou een eenzijdige sluiting van het testplatform de overheid een hoop geld kosten, dus is de vraag of we die overeenkomst niet eenzijdig moeten opzeggen. Nee en ik verwijs daarvoor naar de risicobatenanalyse. Het Laatste Nieuws zegt ook dat het 6,5 miljoen euro zou kosten als men het testplatform zou stopzetten. Echter, in onderling overleg brengt stopzetten geen beëindigingsvergoeding mee. Er is wel in een opzegperiode van drie maanden voorzien waarbij ook de vaste kost wordt uitbetaald. Op uw vraag of ik al op de hoogte was van het feit dat het contract nog een jaar loopt en dat het contract vroegtijdig opzeggen, gepaard gaat met een enorme kost, is het antwoord ja. Waarom werd met de labo's een contract van twee jaar afgesloten? De contracten werden opgesteld in de loop van september-oktober 2020 in de aanloop van de tweede golf, waar de testcapaciteit duidelijk tekortschoot. Toen leek het evident om te zeggen dat we voor twee jaar zouden gaan, met de nodige beëindigingsmechanismen, zoals daarnet aangegeven. Ik denk dat ik de vraag met betrekking tot het terugvorderen al heb beantwoord in de interpellatie. Wat betreft de vraag of ik zicht heb op wat er is gebeurd met de miljoenen die de labo's te veel hebben gekregen, personeel dat werd aangenomen in de labo's waar niet het verwachte aantal testen werd behaald, werd ook ingezet om andere taken uit te voeren, zoals het opsporen van virusvarianten via PCR-testen en genoomanalyses. De labo's van het federaal platform hebben ongeveer 80 % van de PCRtesten uitgevoerd voor de opsporing van virusvarianten, terwijl hiervoor geen andere vergoeding werd uitgekeerd. Ik heb geen zicht op hoe de middelen verder worden verdeeld binnen de leden van het federaal platform. Ik ben er snel over gegaan, maar u mag mijn papieren hebben, zodat u mijn hele voorbereiding kunt zien.
26.06 Frieda Gijbels (N-VA):
Dankuwel, mijnheer de minister voor uw antwoord, ook al ben ik wat teleurgesteld. Ik had echt wel gedacht dat de overheid inzicht zou hebben in hoe de middelen die wij als gemeenschap toegekend hebben aan die laboratoria, besteed zijn. Na een maand of twee maanden zou er toch feedback moeten worden gevraagd aan die labs: is het niet te veel geld of kunnen jullie het misschien met minder doen, zoals effectief bleek? De schatting was dat er 40 fulltime equivalenten nodig waren om het aantal gevraagde tests te halen, maar net het lab dat de meeste tests heeft geanalyseerd, heeft het met slechts 22 fte's gedaan. Dat is bijna de helft en niettemin hebben ze dat bedrag gekregen. Ik vind het heel teleurstellend dat dat gewoon doorgelopen is zonder enige controle en zonder op voorhand in te bouwen dat er een controle zou komen. Ik vind het jammer dat de belastingbetaler moet zien hoe er met zijn zuurverdiende geld omgesprongen wordt. Los van deze vraag vind ik het ook spijtig dat de minister de pers hoger inschat dan de volksvertegenwoordigers en de democratische controle. We hadden immers nog wel even kunnen doorgaan met een aantal vragen.
