Kamerlid
Kruimelpad
Het statuut van de Artsen-specialist in opleiding - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
18 mei 2021: ingediende mondelinge vraag in de commissie Volksgezondheid.
01.02 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, collega Fonck heeft reeds het een en ander goed toegelicht. Het betreft hier ook geen nieuw probleem: de artsen-specialisten in opleiding ijveren reeds decennia voor betere arbeidsvoorwaarden, gewoonweg redelijke arbeidsvoorwaarden. Al tien jaar bestaat er een wet met betrekking tot de arbeidsduur van de ASO's. Maar, zo bleek naar aanleiding van mijn vraag vorig jaar aan toenmalig minister Nathalie Muylle, er zijn totaal geen cijfers bekend met betrekking tot de arbeidstijden van ASO's en er was nog nooit een specifieke arbeidsinspectie met betrekking tot de arbeidstijden, noch audit met betrekking tot de arbeidsduur van ASO's. Dat toont aan dat er een probleem is, dat bovendien door de coronacrisis op scherp wordt gesteld, precies omdat artsen-specialisten in opleiding volop ingezet worden om de crisis aan te pakken. Mijnheer de minister, er lopen momenteel besprekingen. Hoe staat het daarmee, want de deadline is reeds een paar keer opgeschoven? Komt er nu eindelijk schot in de zaak? Zal de deadline deze keer wel worden gehaald? Hoe zult u de belangrijkste pijnpunten aanpakken? Het gaat dan met name over de scheiding tussen de functies van werkgever en stagemeester. Hoe zult u ervoor zorgen dat er in de toekomst wel degelijk onafhankelijke controles zullen gebeuren op de arbeidsvoorwaarden?
01.12 Minister Frank Vandenbroucke:
Mijnheer de voorzitter, collega's, ik zal helaas in herhaling moeten vallen na wat ik vorige week al in de plenaire vergadering heb gezegd. Het is alom bekend dat het statuut van de artsenspecialisten in opleiding gebrekkig is en dat de werkomstandigheden problematisch zijn. De situatie is stuitend. Het is dan ook mijn absolute prioriteit om daarin verbetering te helpen brengen. Dat is al enkele keren gezegd. Dat was ook een onderdeel van onze beleidsverklaring. Ik denk dat ook de sensibilisering door de betrokken jonge artsen in opleiding erg belangrijk is en het grote publiek en iedereen die bij het beleid betrokken is, terecht nog meer onder druk zet. Ik zal vandaag niet te veel zeggen, omdat er een overleg loopt bij de Nationale Paritaire Commissie Artsen-Ziekenhuizen. Dat overleg wordt geleid door Jo De Cock, administrateur-generaal van het RIZIV alsook voorzitter van de Nationale Paritaire Commissie Artsen-Ziekenhuizen. Ik denk dat we met Jo De Cock de juiste persoon op de juiste plaats hebben om in een moeilijke discussie een goede overeenkomst uit de brand te slepen. Het gaat in deze om de financiële waardering, de problematiek van wachtvergoedingen, de overeenkomsten met de ziekenhuizen en de vraag of die gestandaardiseerd kunnen worden, de problematiek van de overuren en socialebeschermingsaspecten, zoals wat er gebeurt bij onder andere ziekte. Volgens mij zou het mogelijk moeten zijn om een akkoord over een concreet pakket van maatregelen te bereiken, dat we tegen 1 augustus van dit jaar al in concrete regelgeving vertaald zouden moeten zien. Dat is een belangrijke deadline voor het beleid en die ook essentieel is voor de artsen-specialisten in opleiding zelf. Die onderhandelingen zitten nu in een stroomversnelling. Morgen is er nog een cruciale vergadering. Ik wil daar niet te veel over zeggen. Ik wil herhalen dat ik naast de in het kader van het jongste Medicomutakkoord geserveerde 10 miljoen euro bijkomende financiële middelen ter beschikking wil stellen vanuit onze begroting, waardoor we mijns inziens tot een eerbaar akkoord zouden moeten kunnen komen. Ik heb er alle vertrouwen in dat dat zal gebeuren. Meer zeg ik daarover vandaag niet. Hoe dan ook vind ik het essentieel dat het statuut van de artsen-specialisten in opleiding wordt verbeterd. Ik roep iedereen die aan de onderhandelingstafel zit, dan ook op tot de nodige verantwoordelijkheidszin en ambitie om dat doel te verwezenlijken.
01.15 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, ik vind het jammer dat ik weinig concreets verneem, al begrijp ik dat de onderhandelingen nog lopen. Dat er na een jaar praten een voorstel op tafel komt dat eigenlijk onaanvaardbaar is, geeft voor mij vooral aan dat de problematiek niet begrepen wordt. Dat vind ik heel erg verontrustend. Ook het telkens opschuiven van de deadline stelt mij echt niet gerust. Als het nodig is, verwacht ik dat u een push geeft, vooruit, jawel, Vooruit. Ik had ook echt gehoopt om uw mening of een voorstel omtrent een concrete aanpak te horen. Niet alleen moeten de arbeidsvoorwaarden verbeteren, ook de controle erop. Werkgever en lesgever moeten van elkaar gescheiden worden om tot een duurzame oplossing te komen die gecontroleerd kan worden. Een goed voorbeeld is het statuut van de haio's. De artsen-specialisten in opleiding zouden met dat statuut genoegen nemen, zij kunnen daarmee akkoord gaan. Ik vraag mij dan ook af waarom u daarmee niet gewoon aan de slag gaat. Dat statuut is namelijk reeds bekend en er kan op worden voortgebouwd. Ik hoop echt dat er nu snel schot in de zaak komt, want ik begrijp niet echt waar de knopen nog exact liggen.