Kamerlid
Kruimelpad
Het tekort aan geriatrisch verpleegkundigen - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 4 oktober 2023
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, er bereiken mij signalen dat met name de geriatrische afdelingen van ziekenhuizen moeilijkheden ondervinden om verpleegkundigen aan te trekken. Dat heeft tot gevolg dat ziekenhuizen ook geriatrische bedden moeten sluiten.
Nader onderzoek leert ons dat het voor een verpleegkundige vandaag veel aantrekkelijker is om te gaan werken in een operatiekwartier, bijvoorbeeld omdat ze daar hoger worden ingeschaald in het IFIC-systeem.
Als dat tot gevolg heeft dat verpleegkundigen wegtrekken uit de geriatrie, dan is dat uiteraard een heel ongewenste evolutie. De komende jaren zullen we immers zeer veel patiënten op hoge leeftijd moeten verzorgen. De druk zal alleen maar toenemen.
Het is duidelijk dat polymedicatie en polypathologie bekwame en betrokken zorgverstrekkers vereisen. Daarover heb ik een aantal vragen.
Bent u op de hoogte van deze problematiek? Ik veronderstel van wel. Welke inschatting en analyse maakt u hierbij?
Kunt u aangeven in hoeveel ziekenhuizen die problemen zich voordoen? Zijn er regionale verschillen merkbaar?
Ziet u ook oplossingen en acht u het verschil in loonschaal wenselijk? Plant u daarin bij te sturen? Zo ja, hoe zou u dat aanpakken?
Minister Frank Vandenbroucke:
Mevrouw Gijbels, ik ben mij absoluut bewust van het probleem dat u aankaart, alhoewel ik eigenlijk geen cijfers heb over het aantal verpleegkundigen dat geriatrische afdelingen verlaat en evenmin over het aantal betrokken ziekenhuizen, maar ook zonder die cijfers is het probleem wel duidelijk.
Ik kom nog eens terug op het voorgaande punt: wij werken aan een brede hervorming van het verpleegkundig beroep. Dat zal onder meer kunnen resulteren in het herbekijken van de regeling van specialisaties in de verpleegkunde. De bedoeling moet zijn om nog meer in te zetten op de competenties van verpleegkundigen.
Wat de IFIC-functieclassificaties betreft, moet ik nog eens zeggen dat dat het werk was en nog altijd is van de sociale partners. Men heeft zich gebaseerd op een wegings- en classificatiesysteem dat verwijst naar de uitgevoerde taken en de inhoud van de functie om de loonschaal te bepalen. Op die manier is een verpleegkundige op de dienst geriatrie ingeschaald in categorie 14 en een verpleegkundige in het operatiekwartier in categorie 15. Die inschaling gebeurt voor alle functies op eenzelfde wijze, op basis van 6 wegingscriteria die rekening houden met de reële taken. Na de weging wordt de categorie bepaald. Men zegt daarover dat kiezen voor een job op de dienst geriatrie neerkomt op het kiezen van een andere job met andere taken dan bijvoorbeeld een job in het operatiekwartier. Dat heeft in de IFIC-classificatie een andere verloning tot gevolg.
Ik weet dat daar veel discussie over is, maar dat is het werk van de sociale partners. Het is een systeem dat voortdurend moet worden opgevolgd en onderhouden. Het is daarbij belangrijk dat men ook echt luistert naar de betrokkenen in het veld.
Er bestaat een soort van onderhoudsprocedure bij IFIC, waarbij elk jaar ongeveer 10 % van de functies herzien wordt. De bedoeling is dat men op die manier in lijn blijft met de realiteit. De opmerking die u formuleert, of verpleegkundigen in een dienst geriatrie niet wat ondergewaardeerd worden, moet worden meegenomen in een lopend onderhoud, waarvoor de sociale partners aan zet zijn.
Ik wil nog even ingaan op het recentste sociaal akkoord. Met dat sociaal akkoord hebben wij een half miljard euro geïnjecteerd in de lonen. Ik weet dat dit ook, in samenhang met de nieuwe IFIC-functieclassificatie, een aantal mensen teleurgesteld heeft, omdat zij dachten meer te zullen krijgen. Wel wil ik beklemtonen dat de IFIC-classificatie, die samen met de extra injectie van een half miljard euro ingevoerd wordt, een enorme prioriteit heeft gezet op starters, dus de beginners in het verpleegkundig beroep.
Meer in het algemeen, mensen die beginnen in de federale zorg, hebben enorm gewonnen. De startende verpleegkundige wint boven op de index 11,5 %. Een verpleegkundige die drie jaar aan de slag is, wint 12 %. Maar inderdaad, mensen met een hogere anciënniteit of mensen met specialisaties hebben met IFIC veel minder vooruitgang gekend. Dat is een realiteit; dat was een bewuste keuze.
Ik weet dat dit tot heel wat frustratie leidt. Het is een reden te meer om zorgvuldig te kijken naar de vraag of de specialisaties voldoende gewaardeerd worden in IFIC. Om die reden heb ik ook een specialisatiecomplement ingevoerd. Dat is niet meteen een antwoord op uw vraag, maar ik denk dat de sociale partners dat nauwgezet moeten opvolgen.
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, ik dank u voor uw uitgebreid antwoord. Dit is een thema dat mij ongerust maakt. Ik heb persoonlijk verhalen gehoord van mensen die worden doorverwezen als er geriatrische bedden worden gesloten. Onze oudere populatie heeft steeds hard gewerkt en we moeten op onze beurt goed voor hen zorgen.
Als er inderdaad mogelijkheden zijn om iets te doen aan de verloning, dan zou dat al wat helpen, maar dat is niet het enige. Wij moeten veel breder dan dat kijken naar de ouderenzorg. We moeten ervoor zorgen dat de muren tussen de verschillende instellingen worden gesloopt, dat er veel meer heen en weer kan worden gecommuniceerd en dat artsen en verpleegkundigen een veel grotere mobiliteit hebben tussen de verschillende instellingen, zodat er minder mensen moeten worden opgenomen op de geriatrie.
Geriatrisch verpleegkundige is een zwaar beroep. Veel patiënten nemen veel medicatie en hebben vaak veel verschillende aandoeningen. Ook fysiek is het een zwaar beroep, dus ik wil aandacht vragen voor die sector en die verpleegkundigen, zodat we zoveel mogelijk van die verpleegkundigen kunnen behouden.
Het incident is gesloten.