
Kamerlid

Mondhygiënisten - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 24 mei 2022:
09.01 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, er zal voor de mondhygiënisten, over wie wij het eerder al meermaals hebben gehad, enkel een basisnomenclatuur worden ingevoerd. Dat kunnen wij absoluut toejuichen. Het blijft echter van belang dat mondhygiënisten op een correcte manier worden ingezet, zodat hun meerwaarde voor de algemene mondgezondheid duidelijk wordt. Naar ik immers heb begrepen, zal er in eerste instantie worden ingezet op een nomenclatuur voor tandsteenverwijdering. De mondhygiënist heeft echter veel meer en misschien zelfs belangrijker taken, zoals voedingsvoorlichting en mondhygiëne-instructies.
Aan het Agentschap Zorg en Gezondheid werd gevraagd te verduidelijken wat er onder preventie valt. Die lijn is immers dun. Wij willen een evenwichtige afstemming krijgen tussen preventie en curatie voor mondzorg, met het oog op een uitbreiding van de Vlaamse gezondheidsdoelstelling Gezonder Leven. Daarvoor zijn afspraken nodig tussen het Vlaamse en het federale niveau.
Mijnheer de minister, welke afspraken zijn er met het Vlaamse niveau gemaakt inzake mondzorg, in het licht van de uitbreiding van de Vlaamse gezondheidsdoelstelling Gezonder Leven?
Op welke manier worden het aantal en de spreiding van de mondhygiënisten gevolgd? Bestaat er een kadaster? Op welke manier wordt dat ingevuld? Wordt er rekening gehouden met het aantal gepresteerde uren per week?
Ik heb nog een bijkomende vraag, als u de gegevens bij de hand zou hebben. Wanneer zullen zij beschikken over die nomenclatuur en hun RIZIV-nummer?
09.02 Minister Frank Vandenbroucke:
Mevrouw Gijbels, op de eerste vraag wil ik antwoorden dat het RIZIV momenteel werkt aan een regeling voor de terugbetaling door de ziekteverzekering van bepaalde verstrekkingen uitgevoerd door mondhygiënisten, conform het regeerakkoord en zoals is afgesproken in het Nationaal Akkoord Tandheelkundigen-Ziekenfondsen 2022-2023 en uiteraard ook binnen de bevoegdheden van mondhygiënisten, zoals vastgelegd in de huidige regelgeving.
De regeling kan uiteraard worden aangepast teneinde rekening te houden met nieuwe evoluties inzake die bevoegdheden. Voor zover wij weten, zijn er daarover nog geen concrete afspraken gemaakt met de deelstaten.
In antwoord op uw tweede deelvraag kan ik meegeven dat het aantal mondhygiënisten dat gemachtigd is om het beroep uit te oefenen elk jaar wordt opgenomen in de jaarstatistieken met betrekking tot de beoefenaars van gezondheidszorgberoepen in België, wat wij dus het kadaster noemen. In 2021 ging het om 97 mondhygiënisten die prestaties mochten verrichten, voornamelijk in de Vlaamse Gemeenschap. In de Franse Gemeenschap zullen de eerste afgestudeerden vanaf dit jaar op de Belgische arbeidsmarkt komen. De cijfers zijn beschikbaar volgens de officiële woonplaats, leeftijd, geslacht, nationaliteit en land van oorsprong van het basisdiploma.
Op dit moment bestaat er geen overzicht van de reële activiteit van de mondhygiënisten die hun beroep in België mogen uitoefenen. Niettemin heeft de Planningscommissie-Medisch aanbod de mondhygiënisten opgenomen in het projectiemodel met de alternatieve scenario's dat ontwikkeld werd voor de algemene tandartsen. Men gaat er immers van uit dat een deel van de activiteit van de algemene tandartsen toevertrouwd zal worden aan de mondhygiënisten, waardoor ze zich op complexere taken zullen kunnen richten. Zodra we over gegevens beschikken, kunnen we terugblikken op meerdere jaren registratie van mondhygiënisten die hun beroep mogen uitoefenen. Dan kan een specifieke analyse van de workforce van dat beroep worden uitgevoerd volgens het meerjarenplan van de Planningscommissie-Medisch aanbod.
09.03 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, het blijft eerlijk gezegd nog redelijk vaag. Het RIZIV werkt aan een regeling en er zijn nog geen concrete afspraken met de deelstaten. Vlaanderen is wel vragende partij om daarover afspraken te maken. Het is ook belangrijk om dat te doen, omdat er effectief een omvangrijk preventief luik is. Eigenlijk is de zorg die de mondhygiënisten toedienen voornamelijk preventief, zeker als het gaat om voorlichting.
Ik heb al eerder een vraag gesteld over de rol die mondhygiënisten kunnen spelen in bijvoorbeeld de Huizen van het Kind. Daar kunnen zij echt een laagdrempelige toegangspoort zijn tot de mondzorg, zeker voor bevolkingsgroepen die moeilijker toegang vinden tot de tandarts. De drempel van de tandarts is immers hoog.
Ik wil ook aandringen op de perceptie van mondhygiënisten. We mogen hen niet beschouwen als tandartsen light. Ze zijn veel meer dan dat, ze hebben echt hun specifieke rol in de gezondheidszorg. U moet de beroepsvereniging van mondhygiënisten echt betrekken bij de verschillende gesprekken die over hen worden gevoerd. Zij hebben immers nog altijd geen stem in dat hele debat en in de besluitvorming.
Het is verder jammer dat er geen overzicht van de reële activiteit van mondhygiënisten is. Daar moest van bij het begin werk van worden gemaakt. Ook bij de planning van het benodigde aanbod van tandartsen is het van belang dat we daar een correct zicht op hebben.
Ik blijf het dus allemaal nogal vaag vinden en zal hier zeker op terugkomen. Ik hoorde ook nog altijd niet wanneer ze over hun RIZIV-nummer en een nomenclatuur zullen beschikken. Die mensen worden al drie jaar aan hun lot overgelaten en dat is bijzonder jammer. Vermoedelijk speelt daar ook een communautair aspect, door het feit dat er in Franstalig België inderdaad nog geen mondhygiënisten zijn afgestudeerd. Daar helpen wij echter de algemene volksgezondheid niet mee.
