Kamerlid
Kruimelpad
Tandartsbezoek - Schriftelijke vraag aan minister Vandenbroucke
29 november 2022:
Mijnheer de minister,
Ondanks de inspanningen om (financiële) drempels voor een (preventief) tandartsbezoek (voor minderjarigen) weg te werken, blijft de drempel voor een tandartsbezoek hoog in België en is er een grote groep die moeilijk wordt bereikt.
Hieromtrent heb ik volgende vragen:
Kan u mij een overzicht bezorgen van het aantal personen die minstens één keer per jaar naar de tandarts gingen voor de laatste vijf jaar?
Kan u daarbij per jaar een onderscheid maken per leeftijdscategorie?
Kan u daarbij per jaar een onderscheid maken per terugbetalingsstatus (VT en NVT)?
Kan u mij een overzicht bezorgen van het aantal personen die minstens twee keer per jaar naar de tandarts gingen voor de laatste vijf jaar?
Kan u daarbij per jaar een onderscheid maken per leeftijdscategorie?
Kan u daarbij per jaar een onderscheid maken per terugbetalingsstatus (VT en NVT)?
Hebt u zicht op het aantal behandelingen met ereloonsupplementen voor de laatste 5 jaar?
Kan u hiervan per jaar een overzicht geven voor
Algemeen tandartsen
Tandartsen-specialist in de orthodontie
Tandartsen-specialist in de parodontologie
en dat voor de verschillende leeftijdscategorieën, zowel voor de patiënten met een VT als voor patiënten zonder VT?
Hebt u zicht op de tandartsentekorten en de geografische spreiding hiervan? In welke gebieden is er sprake van een tekort en hoe wordt dat gedefinieerd? In welke gebieden is er een voldoende aantal of eventueel een overtal? Is er een evolutie merkbaar in de laatste jaren?
Wordt er hierbij rekening gehouden met het aantal VTE? Heeft men daar zicht op?
Met dank voor uw antwoorden
Frieda Gijbels
Schriftelijk antwoord:
1. Het aantal patiënten dat minstens één keer per jaar naar de tandarts ging, voor de laatste vijf jaar, zijn weergegeven in onderstaande tabel. Ze zijn uitgesplitst naar leeftijdscategorie en terugbetalingsstatus.
Om het aantal patiënten te bepalen, is rekening gehouden met alle ambulante verstrekkingen van nomenclatuurgroep N04 (tandverzorging), die door tandartsen worden verstrekt, met uitzondering van arts-stomatoloog.
*Er wordt ook een procentuele evolutie voor 2016-2019 berekend. Het jaar 2020 is niet opgenomen in deze %-berekening wegens de impact van de COVID-19-crisis.
2. De aantallen patiënten die minstens twee keer per jaar naar de tandarts gingen, voor de laatste vijf jaar, zijn weergegeven in onderstaande tabel.
De andere selectiecriteria en -voorwaarden zijn dezelfde als bij vraag 1.
3. De bijkomende gegevens zoals supplementen voor vergoedbare verstrekkingen door de tandheelkundigen worden niet meegedeeld aan de verzekeringsinstellingen. Niettemin heeft de Nationale commissie tandheelkundigen-ziekenfondsen (NCTZ) een koninklijk besluit uitgewerkt, overeenkomstig artikel 53, §1, eerste lid, laatste zin van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, dat de bijkomende gegevens bepaalt die via elektronische facturatie aan de verzekeringsinstellingen moeten worden overgemaakt. Dit koninklijk besluit moet binnenkort voorgelegd worden aan het Verzekeringscomité. De NCTZ heeft ook een lijst opgemaakt van niet-vergoedbare verstrekkingen die in het kader van de elektronische facturatie door middel van pseudocodes aan de verzekeringsinstellingen moeten meegedeeld worden. Zodra dit koninklijk besluit in werking treedt, zal het RIZIV een beter zicht hebben op de ereloonsupplementen die aan patiënten worden aangerekend.
4. Met betrekking tot uw laatste vraag is de Planningscommissie - medisch aanbod van de FOD Volksgezondheid, dienst gezondheidszorgberoepen en beroepsuitoefening het adviesorgaan voor vragen over de planning van de workforce.
De Commissie heeft vorig jaar een advies uitgebracht over de quota voor de tandartsen die van 2027 tot 2032 zullen gelden.
HWF Advies inzake de contingentering van de tandartsen (bepalen quota 2027-2032) | Volksgezondheid (belgie.be)
De opmaak van die cijfers is in drie stappen verlopen:
Een zeer gedetailleerde stand van zaken van de workforce van tandartsen per bijzondere beroepstitel ;
HWF Tandartsen op de arbeidsmarkt 2004-2016 | Volksgezondheid (belgie.be)
Een basisscenario over de evolutie van de workforce, dat een continuïteitsscenario vormt waarbij de waargenomen historische trends worden gehandhaafd. De voornaamste katalysator is daarbij de demografische evolutie van de beroepsbeoefenaars en van de Belgische bevolking;
HWF De workforce “Tandartsen” in 2041: basisprojectie uitgaande van de reële instroom tot 2020 | Volksgezondheid (belgie.be)
Verschillende alternatieve scenario's werden daarvoor uitgetekend: het scenario van de autonomie (geen buitenlandse instroom), een scenario van sociale rechtvaardigheid (gelijke toegang tot zorg volgens het sociaal statuut van de patiënt), een scenario van territoriale convergentie (gelijke toegang tot zorg volgens de woonplaats van de patiënt)
HWF De workforce “Tandartsen” in 2041: alternatieve projecties uitgaande van de reële instroom tot 2020 | Volksgezondheid (belgie.be)
De Commissie is terughoudend in het gebruik van de term "tekort" omdat dit zou impliceren dat er een gekende optimale dichtheid is waarnaar moet worden gestreefd. Zij spreekt liever van een onevenwicht in het aanbod ten opzichte van de vraag op basis van een uitgangssituatie.
ETP
De synthesetabel van het rapport “Tandartsen op de Arbeidsmarkt 2004-2016” toont dat het totaal aantal tandartsen in België is toegenomen met 9,3% in de periode 2007-2016 en het aantal VTE’s is toegenomen met 8,3%. In de Vlaamse Gemeenschap was de toename iets minder sterk (resp. 6,7% en 6,3%) dan in de Franse Gemeenschap (resp. 12,6% en 10,9%).
De toekomstscenario’s vertellen ons dan weer meer over de manier waarop de aantallen en de VTE’s zullen evolueren in de toekomst. Dit is verschillend voor de gemeenschappen.
In de Vlaamse Gemeenschap verwachten we een evolutie van de gewogen dichtheid (aantal tandartsen per 10.000 inwoners)
algemeen tandartsen: van 5,45 naar 6,13 (+12,57%)
tandarts-specialisten in de parodontologie: 0,16 naar 0,30 (+80,54%)
tandarts-specialisten in de orthodontie: 0,35 naar 0,43 (+23,13%)
In de Franse Gemeenschap verwachten we een evolutie van de gewogen dichtheid (aantal tandartsen per 10.000 inwoners)
algemeen tandartsen: van 6,67 naar 5,97 (-10,52%)
tandarts-specialisten in de parodontologie: van 0,11 tot 0,18 (+64,20%)
tandarts-specialisten in de orthodontie: van 0,41 naar 0,65 (+59,53%)
Een van de voornaamste problemen bij de planning van de tandartsen is dat een groot deel van hun activiteiten niet in de statistieken wordt opgenomen, omdat er geen nomenclatuur voor bestaat en die verstrekkingen dus ook niet worden geregistreerd. De planning in termen van VTE moet dus met de nodige omzichtigheid worden geïnterpreteerd.
Geografische spreiding:
Met betrekking tot de geografische spreiding is de verdeling van de workforce inderdaad een relevante kwestie omdat ze niet homogeen is en sommige zones een groot tekort aan tandartsen hebben.
De specifieke territoriale verdeling kan u terugvinden in het rapport “tandartsen op de arbeidsmarkt 2004-2016”, tabellen 19a en 19b, waarbij u per specialiteit en voor alle specialisaties samen het aantal tandartsen en de dichtheden kan aflezen. Dit per gemeenschap, gewest, provincie en arrondissement van activiteit.
Gelieve contact met ons op te nemen voor meer info omtrent de tabellen.