Kamerlid
Kruimelpad
Uitrol van BITS - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 11 mei 2022:
21.01 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, de dienst dringende medische hulpverlening is in 2019 gestart met de ontwikkeling van een nieuw registratiesysteem, het Belgian Incident Tracking System, kortweg BITS genoemd. Dat integrale systeem zou een meerwaarde betekenen voor de registratie van getroffenen tijdens een ramp of andere calamiteiten. Het is ook een van de aanbevelingen die voortvloeiden uit de parlementaire onderzoekscommissie Terroristische Aanslagen van 2016.
Vanaf april 2022 zou een poging worden ondernomen om het systeem geleidelijk uit te rollen in de Belgische ziekenhuizen, teneinde uniform te kunnen werken bij rampen, zware ongevallen of crisissituaties.
Daarom heb ik de hiernavolgende vragen.
Is ieder ziekenhuis bereid mee te werken aan de uitrol van het BITS?
Wat gebeurt er met ziekenhuizen die niet de juiste hardware bezitten om het systeem correct teintegreren? Hebben wij daarvan al een overzicht?
Heeft de FOD Volksgezondheid een tijdpad uitgewerkt om het systeem uit te rollen? Wordt dat kader ook opgevolgd door feedback van het terrein?
Wordt ook in opleidingen voorzien om iedereen kennis te geven van het nieuwe systeem? Indien ja, vanaf wanneer zullen die opleidingen worden gegeven? Wat is de planning ter zake?
Zullen de voertuigen die ter beschikking van de hulpcentra 112 en de dringende geneeskundige hulpverlening staan, worden voorzien van tablets? Op welke manier kan het personeel het BITS hanteren?
Werd nagedacht over grensoverschrijdende incidenten, aangezien in het BITS enkel Belgische ziekenhuizen zijn vermeld voor de regulatie van slachtoffers? Hoe zal de interregionale samenwerking verlopen?
21.02 Minister Frank Vandenbroucke:
Mevrouw Gijbels, in navolging van de parlementaire onderzoekscommissie Terroristische Aanslagen is de dienst dringende hulpverlening van de FOD Volksgezondheid inderdaad gestart met de ontwikkeling van het registratiesysteem Belgian Incident Tracking System of BITS. Het dient onder meer om bij een ramp het nauwkeurige traject van de slachtoffers te kunnen bijhouden.
Een belangrijk uitgangspunt in het project is dat de medische hulpverlener prehospitaal zijn taken als hulpverlener moet kunnen opnemen. Binnen die context worden voertuigen voor dringende hulpverlening voorzien van BITS-polsbanden, maar niet van extra tablets of andere hardware.
De sleutelfiguren binnen het beheer van een incident, bijvoorbeeld de medisch directeur en zijn adjunct, kunnen de BITS-applicatie raadplegen via de mobiele applicatie die ontwikkeld is of via een webservice via eender welk toestel dat zij op zak en gepreconfigureerd hebben. Ze kunnen via deze applicatie ook de polsbandjes van de slachtoffers scannen.
De administratieve registratietaken werden toevertrouwd aan het Rode Kruis, als geprivilegieerde partner binnen het medisch en psychosociaal interventieplan. Het Rode Kruis brengt bij een ramp dus het nodige personeel en middelen ter plaatse voor een registratie in het BITS. Bij problemen of het ontbreken van een toegang of preconfiguratie kunnen de zorgverleners ook een beroep doen op het Rode Kruis.
De uitrol binnen de Belgische ziekenhuizen met een erkende spoedgevallendienst is gestart in april vorig jaar. Aangezien het tijdens de afgelopen covidperiode niet altijd eenvoudig was om infosessies, opleidingen en testmomenten te plannen, heeft het project wel wat vertraging opgelopen. Tegen eind dit jaar moet het systeem wel volledig uitgerold zijn in de ziekenhuizen en klaar zijn voor implementatie bij incidenten en rampen, althans voor wat de prehospitaal medische en psychosociale hulpverleningsketen betreft (de discipline 2).
Er wordt aan de ziekenhuizen een infossessie, een e-learning en testomgeving en begeleide testmomenten aangeboden, waarna ze als actief gebruiker in het BITS worden toegevoegd.
In een eerste fase is dit een uitrol van het BITS zonder koppeling aan het eigen ICT-systeem van het ziekenhuis. Ziekenhuizen krijgen binnen de BITS-applicatie een zicht op de aankomende stroom van patiënten in de richting van de spoedgevallendienst en ze registreren de aankomst van deze patiënten in de BITS-applicatie.
In een tweede fase zal een koppeling, een synaps, ontwikkeld worden tussen het BITS en het informaticasysteem van het ziekenhuis. Het doel hiervan is dat de twee systemen elkaar zouden voeden met informatie. De synaps wordt zo ontwikkeld dat het compatibel is met de grote diversiteit aan patiëntenregistratiesystemen en ook hardware die er bestaan in België. In principe zal dus elk ziekenhuis zijn systeem kunnen koppelen. De start van deze ontwikkeling is voorzien voor begin 2023.
Tijdens de uitrol van het BITS-systeem is er een voortdurende wisselwerking tussen het ontwikkelteam en het terrein. Hierdoor kunnen de applicatie en de vooropgestelde procedures continu bijgestuurd en verbeterd worden. Het vergroot ook enorm de betrokkenheid van de mensen op het terrein. Voorts wordt evoluties binnen het BITS ook voortdurend bewaakt door de werkgroep binnen de FOD Volksgezondheid en dit in nauwe samenwerking met de Provinciale Commissie voor Dringende Geneeskundige Hulpverlening, waar ook de ziekenhuizen zijn vertegenwoordigd, alsook door de werkgroep Ziekenhuisnoodplan.
Ten slotte zijn er ook evaluatiemomenten gepland na elk gebruik van het BITS bij een incident of een oefening. Wat de grensoverschrijdende hulpverlening betreft, is het correct dat standaard alleen Belgische ziekenhuizen in de lijst van bestemmingen werden opgenomen, maar het BITS voorziet in de mogelijkheid om buitenlandse ziekenhuizen toe te voegen aan de lijst, indien dit noodzakelijk zou zijn.
21.03 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, ik denk dat dit systeem een behoorlijke vooruitgang op het terrein kan betekenen. Ik ben benieuwd naar het resultaat en ik zal de uitrol ervan opvolgen en bekijken of die synaps met die verschillende software- en hardwaresystemen vlot zal verlopen. We weten immers allemaal dat het problematisch bleek te zijn dat er zo veel verschillende software- en informaticasystemen in de gezondheidszorg bestaan. Dat moet opgevolgd worden. Ik hoop van ganser harte dat het vlot geïntegreerd en gebruikt zal worden. Hopelijk niet al te veel natuurlijk, want we zitten niet te wachten op die incidenten.
Ik denk dat die grensoverschrijdende incidenten proactief bekeken moeten worden en dat we niet moeten wachten tot er een grensoverschrijdende ramp gebeurt. Dan is het natuurlijk te laat om zulke zaken te implementeren. Ik denk dat daar toch al aan gedacht moet worden.