Kamerlid
Kruimelpad
De toekomst van het federale testplatform - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 11 mei 2022:
24.01 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, het Federaal Testplatform werd in de covidcrisis ingericht voor de analyse van PCR-testen om het coronavirus op te sporen. Of het ooit nodig is geweest, daar kan over worden gediscussieerd – dat hebben wij ook al gedaan –, maar het wordt wel tijd om te analyseren of het testplatform vandaag nog een meerwaarde is en of de kosten wel gerechtvaardigd zijn. De acht federale labs krijgen immers forfaitair 270.000 euro per maand voor de analyse van maximaal 750 testen per dag, wat een uitgave van 2,16 miljoen euro per maand betekent.
Mochten zij meer dan 750 testen per dag moeten doen, dan worden zij bijkomend vergoed. Als wij naar de cijfers van Sciensano kijken, dan lijkt het aantal testen dat door het Federaal Testplatform wordt uitgevoerd tegenwoordig heel erg laag te zijn. Het totale aantal PCR-testen is overigens ook sterk teruggelopen, natuurlijk mede dankzij de snelle antigeentesten, die ofwel thuis of in de apotheek kunnen worden uitgevoerd. Die snelle testen zijn betrouwbaar en ook een stuk goedkoper voor de samenleving.
Ik heb hier de volgende vragen over, mijnheer de minister.
Hoeveel testen heeft elk federaal labo de laatste weken en maanden uitgevoerd? Welke labs hebben de 750 testen per dag gehaald en halen zij dat nu nog? Hoeveel werd er met andere woorden overgefinancierd gedurende de voorbije drie maanden?
Acht u het bestaan van het Federaal Testplatform momenteel nog nuttig? Werd dat besproken met de reguliere sector? Kan de sector het aantal testen aan? Op welke manier plant u de afbouw en de stop van de financiering van het Federaal Testplatform?
Wat is volgens u vandaag nog de indicatie van een PCR-test? Wat is de rol van de huisarts hierin? Is het niet aan de huisarts om te bepalen of een PCR-test zinvol is of dat een snelle antigeentest kan volstaan?
24.02 Minister Frank Vandenbroucke:
Mevrouw Gijbels, ik zal een vrij uitgebreid antwoord geven, maar ik denk dat dit nodig is.
De overeenkomst tussen het RIZIV en de laboratoria van het Federaal Platform COVID Testing werd gesloten voor een periode van 24 maanden en loopt ten einde in oktober 2022. De labo's werden aanvankelijk gevraagd om tot 7.000 testen per dag en per labo uit te voeren, dus een totale capaciteit van 56.000 testen per dag. Ze kregen daarvoor naast een eenmalige startvergoeding een maandelijkse vaste vergoeding van 12 euro per test voor een volume van gemiddeld 2.000 testen per labo per dag en een maandelijkse variabele vergoeding op basis van het aantal uitgevoerde testen.
De vaste vergoeding werd vanaf 1 oktober 2021 verlaagd naar een dagelijks gemiddelde van 750 testen. Dit aantal kwam overeen met het reëel aantal uitgevoerde testen. U zult zich onze discussies daarover herinneren.
Gezien de evolutie van de pandemie en de wijzigende testrichtlijnen stellen we vast dat het aantal effectief uitgevoerde testen verder afneemt. Voor de periode november 2021-januari 2022 werd gemiddeld genomen het minimum van 750 testen per dag per labo bereikt en dit voor alle 8 labo's van het Federaal Platform. In februari 2022 merkten we al een daling op. Voor slechts de helft van de labo's werd het minimum van 750 testen per dag per labo bereikt. De daling zette zich verder in de maand maart. Slechts 1 site zat nog boven het minimum van 750 testen per dag per labo.
De labo's van het Federaal Platform analyseren momenteel stalen van 38 test- en triagecentra verspreid over België en worden ook ingezet voor clusteronderzoek en screenings. Daartoe heeft een aantal partners ook mobiele testteams opgezet, met name UZ Leuven, UZ Antwerpen en UZ Gent.
Gezien de evolutie van de pandemie en de testrichtlijnen die wij afspreken in de IMC, bijvoorbeeld het niet meer testen van hoogrisicocontacten, het meer inzetten op zelftests en RAT bij symptomatische personen, worden de testcentra vandaag nog maar weinig gebruikt en zullen een belangrijk aandeel de komende weken en maanden sluiten.
Daarnaast zijn de partners van het Federaal Platform vandaag ook cruciaal in het opsporen van varianten, met name variants of concern, en voor het uitvoeren van genoomanalyses. Al die labo's maken deel uit van een groter consortium van 13 labo's.
Het grootste deel van de genoomanalyses wordt uitgevoerd in het raam van baseline surveillance, waarvoor de stalen van het Federaal Platform van groot belang zijn vermits zij een geografisch breed gebied omvatten via de 38 test- en triagecentra, alsook een homogene set van besmettingen en stalen omvatten.
De Risk Management Group bracht een nieuw model van testrichtlijn naar voren, gebaseerd op de parameters die ook worden gebruikt voor de coronabarometer, namelijk de drie niveaus, en afhankelijk van de kenmerken van de circulerendewat dan een bijkomende dimensie was van deze "barometer voor de teststrategieën.
Dit model zou een eenvoudiger en een meer voorspelbaar richtsnoer moeten bieden voor de testrichtlijnen. In deze richtlijnen wordt ook meer ingezet op zelftesten en RAT. Het volledige testing- en tracingscenario dat wij hebben toegepast in de voorbije infectiegolven, waarbij vooral PCR-testen werden ingezet, zal slechts in een beperkt aantal van die scenario's opnieuw gebruikt worden.
Dat is de achtergrond, mevrouw Gijbels. Als wij die elementen koppelen aan de verwachte evolutie van het maximumaantal testen dat op piekdagen nodig zou zijn, naar schatting 75.000 tot 85.000, is het wel duidelijk dat de gevraagde minimumcapaciteit voor het Federaal Platform nu verminderd kan worden.
Er zijn verschillende opties onderzocht, gaande van de volledige sluiting over de gedeeltelijke sluiting tot de vermindering van capaciteit en basisfinanciering. Alles is in beschouwing genomen. Op die basis is besloten alle 8 de platformen wel open te houden maar de gegarandeerde financiering te verlagen naar 200 testen per dag vanaf 1 april, waarbij aan de labo's van het Federaal Platform wordt gevraagd samen een capaciteit van 20.000 testen per dag te verzekeren, om zo te kunnen reageren op plotse opstoten.
Daarnaast wordt vanaf 1 juli 2022 een voorwaarde toegevoegd bij de vergoeding voor de terbeschikkingstelling van de capaciteit. De labo's van het Federaal Platform moeten ook een staalafnamecapaciteit kunnen verzekeren via georganiseerde of samenwerkende mobiele equipes en testcentra. Hier moet de gegarandeerde opschaalbare capaciteit overeenkomen met de verzekerde analysecapaciteit van de labo's.
De maandelijkse vaste vergoeding wordt dus verder teruggebracht van 270.000 euro naar 72.000 euro per site. Die maandelijkse vergoeding komt overeen met de geschatte minimale personeelskosten om het Platform te laten functioneren, ook bij een lagere analyse van stalen. Het gaat hier dus wel om een belangrijke kostenreductie, maar toch proberen we de al gedane investeringen in dit Platform optimaal te blijven benutten qua garantie van testcapaciteit en staalafnamecapaciteit.
In de laboratoria buiten het Federaal Platform blijft de monitoring van de capaciteit doorlopen aan de hand van een dashboard. Hier zijn er echter nergens garanties ingebouwd dat een minimale analyse- of staalafnamecapaciteit gewaarborgd blijft.
Voor wat uw vragen over de huidige testindicaties betreft, verwijs ik naar de eerder genoemde richtlijnen van de RMG, waar een duidelijk kader wordt gegeven. Dat zal ik nu niet herhalen.
Bij een evolutie zoals we die nu zien, wordt minder getest via PCR, zullen voornamelijk symptomatische personen worden getest en krijgen de huisartsen, en de artsen in het algemeen, opnieuw een belangrijkere rol in het voorschrijven van de tests.
24.03 Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, we hebben hierover al eens van mening verschild. Volgens de
N-VA-fractie is dat Federaal Testplatform nooit nodig geweest. We hebben van meet af aan gezegd dat de labs het aankonden. U beweerde het tegendeel. Akkoord dat er op een gegeven moment extra kosten moesten worden gemaakt, maar…
24.04 Minister Frank Vandenbroucke:
Het verbaast mij dat u erbij blijft dat het nooit nodig is geweest. Speelt u de film eens opnieuw af zonder dat federale systeem!
24.05 Frieda Gijbels (N-VA):
Men had de bestaande labs ook kunnen opschalen.
24.06 Minister Frank Vandenbroucke:
Die zeiden zelf dat dat niet kon.
24.07 Frieda Gijbels (N-VA):
Daarover heb ik dan toch andere informatie gekregen.