Kamerlid
Kruimelpad
De cijfers inzake vroegtijdige sterfte - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 4 oktober 2023
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de minister, deze vraag gaat over een studie van Sciensano over de sterftecijfers in België. Daaruit blijkt dat we in België een heel hoge vroegtijdige sterfte kennen. De cijfers zijn slechter voor mannen dan voor vrouwen en er is ook een groot regionaal verschil.
Bij een internationale vergelijking van potential years of life lost zitten we bovendien boven het Europese gemiddelde. Landen als Luxemburg, Zweden, Nederland en Italië scoren een heel pak beter dan wij.
Welke oorzaken duidt u aan met stip aan als het gaat om vroegtijdige sterfte? Zijn daarbij ook socio-economische factoren van belang?
Hoe kunnen we de heel opvallende regionale verschillen verklaren?
Zijn die potential years of life lost bekend voor de provincies of regio's apart? Hebben we daarvan nog een fijnmaziger beeld? Zijn er ook cijfers op gemeentelijk niveau? Zit elke regio onder het Europese gemiddelde? Welke strategie of welk plan van aanpak is er volgens u nodig om aan te sluiten bij de landen die het beter doen?
Minister Frank Vandenbroucke:
Mevrouw Gijbels, volgens Sciensano-analyses van de Statbel-databank met doodsoorzaken was covid in 2020 een van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte. Men bedoelt daarmee overlijden voor de leeftijd van 75 jaar. De oorzaken van vroegtijdige sterfte verschillen voor mannen en vrouwen. Bij mannen zijn, covid niet meegerekend, longkanker, zelfdoding en ischemische hartziekten de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte. Bij vrouwen zijn longkanker, borstkanker en zelfdoding, covid niet meegerekend, de belangrijkste oorzaken in termen van potential years of life lost.
Zelfdoding en doodsoorzaken gerelateerd aan roken spelen dus helaas een belangrijke rol. Sociaaleconomische status is helaas ook erg belangrijk bij vroegtijdige sterfte. De belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte zijn ook oorzaken waarvoor de ongelijkheden het grootst zijn. Bij longkanker, ischemische hartziekten en zelfdoding zijn er enorme ongelijkheden tussen de mensen op dat vlak. Roken is helaas ook heel sociaaleconomisch gedetermineerd. Dat is een reden te meer om daar hard op in te grijpen.
In 2020 zijn de regionale verschillen toegenomen door de regionale verschillen in covidsterfte. Afgezien van covid zijn de grootste verschillen tussen Vlaanderen en de andere gewesten bij mannen merkbaar voor ischemische hartziekten. Bij vrouwen worden de grootste verschillen waargenomen voor chronisch-obstructieve longziekten. Er zijn ook significante verschillen in sterfte door longkanker tussen Wallonië en Vlaanderen. Dat kan te wijten zijn aan het hogere percentage rokers in Wallonië. Significante verschillen in cerbrovasculaire aandoeningen worden waargenomen tussen Brussel en Vlaanderen.
De potential years of life lost voor de verschillende doodsoorzaken per regio zijn beschikbaar op de website gezondheid.be.
De sterftecijfers voor de verschillende doodsoorzaken per arrondissement zijn ook beschikbaar. De percentages van potential years of life lost zijn hoger in het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dan in het Vlaams Gewest.
Om deze cijfers te doen dalen en vroegtijdige sterfte te beperken, zijn verschillende acties nodig. Ik noem er enkele. U weet dat de regering eindelijk de interfederale strategie voor een rookvrije generatie heeft goedgekeurd. De ambitie ligt hoog. We willen het aantal rokers systematisch terugdringen. Ik hoop de implementatie van dat interfederale antitabaksplan binnen de regering snel te kunnen afronden en er ook snel mee naar het Parlement te kunnen komen.
Ik denk dat het belangrijk is dat we blijven inzetten op ongelijkheid, niet alleen op het vlak van gezondheid maar ook op het vlak van de toegang tot de gezondheidszorg. We hebben daarover soms discussies met elkaar. Dat is de reden waarom we maatregelen nemen inzake onder andere remgeld en supplementen.
Dan is er ook de vaccinatie voor covid. Ook de preventie van zelfdoding is heel belangrijk. Dit is een gemeenschapsbevoegdheid. Ik ben blij dat dit zeer prominent in de Vlaamse gezondheidsdoelstellingen figureert.
Frieda Gijbels (N-VA):
Dank u wel, mijnheer de minister. U hebt de oorzaken van vroegtijdige sterfte opgesomd. Eigenlijk gaat het altijd om zaken die mits preventie voor een groot stuk te voorkomen zijn. Ik wil vragen dat men daar zeker op inzet.
Ik vind het ook belangrijk dat Sciensano dergelijke onderzoeken uitvoert en publiceert. Ik vind het heel belangrijk dat de data die wij hebben goed geanalyseerd worden en dat we benchmarken ten opzichte van andere landen, maar dat wij ook benchmarken binnen ons land.
De verschillen die er zijn tussen Vlaanderen, Wallonië en Brussel zien wij al verschillende jaren. Ik wil niet triomferen omdat Vlaanderen het beter doet. Ik meen dat dit zeer ongepast zou zijn, want er is nog altijd te veel vroegtijdige sterfte, ook in Vlaanderen. Ik meen dat de cijfers wel aangeven dat elke regio een andere aanpak nodig heeft.
Ik meen tevens dat dit ons pleidooi om de gezondheidszorg in handen te geven van de gemeenschappen alleen maar versterkt. Ik ben ervan overtuigd dat dit alle burgers in dit land ten goede zou komen, of zij in Vlaanderen, Brussel of Wallonië wonen.
Ik wil u nogmaals vragen, mijnheer de minister, om uw gewicht achter het uitvoeren van het regeerakkoord te zetten en stappen te doen richting de eenmaking van onze gezondheidszorg.
Het incident is gesloten