Kamerlid
Kruimelpad
De infectiepreventie in de ziekenhuizen en de Hospital Outbreak Support Teams (HOST) - Mondelinge vraag aan minister Vandenbroucke
Commissie Gezondheid 19 september 2023
Frieda Gijbels (N-VA):
Tijdens de coronacrisis werd er een toename vastgesteld van het aantal bloedstroominfecties die werden opgelopen in een ziekenhuis. Dat vond ik een vreemde vaststelling. De oorzaak daarvan is ook niet helemaal duidelijk. Het zou natuurlijk te maken kunnen hebben met een grotere verhouding van verzwakte patiënten, die ook vatbaarder zijn voor infecties. Het kan ook te maken hebben met een gebrek aan personeel of het kan net te maken hebben met een preciezere detectie en een betere registratie.
Het is natuurlijk van groot belang om de oorzaak daarvan te achterhalen. In het laatste rapport van Sciensano met betrekking tot ziekenhuisinfecties wordt aangegeven dat het van belang is te bekijken of bepaalde ziekenhuizen ook systematisch beter scoren dan andere en die dan te vergelijken met ziekenhuizen die systematisch minder goed scoren. Sciensano stelt ook voor om een robuust crisisplan te ontwikkelen voor ziekenhuizen, zodat ook in crisissituaties nog altijd de correcte zorg kan worden verleend. Er werd ook een zogenaamd HOST-initiatief genomen, wat staat voor Hospital Outbreak Support Team, waarop ziekenhuizen kunnen intekenen.
Werd er ondertussen onderzocht wat de oorzaak is van de toename aan ziekenhuisinfecties tijdens de covidcrisis?
Op welke manier worden ziekenhuizen aangespoord om het beter te doen?
De rapportering van ziekenhuisinfecties gebeurt blijkbaar niet systematisch voor een heel jaar. Slechts één kwartaal per jaar is verplicht voor acute ziekenhuizen. Sciensano suggereert om de ziekenhuizen die deelnemen publiek te maken en ook de resultaten publiek te maken. Wordt daaraan gewerkt?
Wanneer zal het crisisplan, waarover Sciensano het heeft, operationeel zijn? In welk stadium zit het nu?
Hoe ziet u de toekomst van de HOST-teams? Wat is precies het doel van die teams? Waar liggen de prioriteiten? Waar kunnen we de output vinden? Werpen die initiatieven vruchten af? Hoe wordende doelstellingen bepaald?
Wat is de feedback van de HOST-teams zelf? Hoe staat het met hun financiering? Het gaat voorlopig immers nog om pilootprojecten. Krijgen ze ook tijdig de doelstellingen door, zodat ze zich ook kunnen voorbereiden op een volgend jaar?
Minister Frank Vandenbroucke:
Mijnheer de voorzitter, mevrouw Gijbels, wat uw eerste vraag betreft, over het onderzoek naar de oorzaken, uit verschillende studies blijkt dat de toename van de incidentie van healthcare-associated bloodstream infections, HABSI, als volgt wordt verklaard. Tijdens de COVID-19-crisis waren de werkomstandigheden moeilijk. Er waren talrijke covidpatiënten bij opname ernstig ziek. Dat zou kunnen verklaren waarom preventie- en controlemaatregelen bij infecties, met inbegrip van CLABSI, central line-associated bloodstream infections, niet werden of niet konden worden uitgewerkt zoals voorzien, waardoor dan de incidentie van CLABSI en HABSI toegenomen is.
Een andere hypothese is dat tijdens de COVID-19- crisis, als gevolg van de tijdelijke schorsing van routinezorg en geplande ziekenhuisopnames en het feit dat mensen om welke reden dan ook langer hebben gewacht om een arts te raadplegen of zich naar een ziekenhuis te begeven, het profiel van de ziekenhuispopulatie is veranderd, met proportioneel meer ernstig zieken en kwetsbare patiënten in het ziekenhuis dan normaal, dus patiënten met een zwakker immuunsysteem, waardoor ze gemakkelijker nosocomiale infecties konden oplopen, wat dan meteen leidde tot een toename van de incidentie van die infecties.
Dat zijn twee hypotheses.
U vroeg op welke manier ziekenhuizen worden aangespoord om het beter te doen. Het Nationaal Actieplan ter Bestrijding van Antimicrobiële Resistentie voorziet in het opstellen van een evaluatie van de werking van de teams voor ziekenhuishygiëne. Er moeten aanbevelingen worden geformuleerd ter verbetering van het beleid inzake preventie en controle van de infecties. Daarbij hoort ook het toezicht op de infecties. De resultaten van die evaluatie worden verwacht begin 2025.
Het Nationaal Actieplan AMR voorziet ook in de uitwerking van een reeks indicatoren voor een betere financiering van de ziekenhuizen die maatregelen uitwerken en betere resultaten bereiken, in het kader van het pay-for-performanceproject. Het uitwerken van die indicatoren loopt momenteel, in nauwe samenwerking met de verschillende administraties en experts. Ik verwacht daar een sterkere bewustwording en stimulans van.
Het HOST-project, dat u aanhaalt, biedt ook deels een antwoord op de problemen, met middelen en gekwalificeerd personeel gewijd aan het PCI-beleid, dat is preventie en controle van infecties, en algemener de AMR.
In 2022 werd de nadruk gelegd op het toezicht op infecties die het gevolg waren van verzorging, om de ziekenhuizen te ondersteunen, opdat zij meer zouden inzetten op dat toezicht.
U stelde ook een vraag over het niet-systematisch rapporteren. Sciensano publiceert rapporten over de kwaliteitsindicatoren inzake ziekenhuishygiëne. Elk ziekenhuis wordt gerangschikt volgens een score die zichtbaar is voor de burger. Sciensano onderzoekt een aantal pistes om de transparantie te vergroten, waarvan sommige een ware verandering van cultuur vereisen, zowel voor het ziekenhuis als voor de patiënten. Dat vraagt tijd, maar ik ben er echt voorstander van dat dat gebeurt.
U vraagt ook wanneer het crisisplan waarover Sciensano het heeft, operationeel zal zijn. Ik zal eerst even teruggrijpen naar uw eerste punt. Na een tienjarige stagnatie in het voorkomen van bloedstroominfecties in ziekenhuizen werd een erg sterke stijging opgemerkt tijdens de pandemie. Het voorstel voor een crisisplan is een aanbeveling die daarom in de recentste Sciensanorapporten over bloedstroominfecties wordt gedaan. Onderdelen daarvan zijn voor Sciensano een intensere opleiding en informatie, met onder meer een verwijzing naar de richtlijnen opgesteld door de Hoge Gezondheidsraad, een transparante, goed ondersteunende cultuuromslag – wij moeten echt spreken over lessons learned tijdens de covidpandemie door de HOST-projecten –, een vereenvoudigde en snellere datastroom – eigenlijk moeten wij meer en meer naar data-automatisatie –, de validatie van infecties specifiek per patiëntenpopulatie – men spreekt onder andere over een retrospectieve case-mix adjustment – en een risicofactorenonderzoek en audits – ik verwijs hiervoor naar BAPCOC-projecten. Dat is een reeks projecten die in ontwikkeling zijn of al deels zijn gerealiseerd. Dat toont aan dat wij met een relatief brede batterij van initiatieven bezig zijn op dit moment.
U vraagt wat de toekomst van deze HOST-teams is. Ik heb dat al deels aangegeven, dus ik kan nu wat korter zijn.
Een resultaat dat momenteel al zichtbaar is, is een zeer intense samenwerking tussen federale enregionale administraties, tussen ziekenhuizen en gezondheidszorgadministraties en tussen ziekenhuizen onderling, zowel binnen hetzelfde netwerk als tussen netwerken. Eind 2022 hadden de verschillende projecten 82 VTE’s toegewezen aan de PCI’s en de AMS (Antimicrobial stewardship). Het HOST-project is een van de eerste projecten binnen het ziekenhuisnetwerk. De ziekenhuizen die al voor het project samenwerkten, zijn erin geslaagd nog sneller vooruitgang te boeken. De investeringen en de samenwerking die dankzij dit project tot stand gekomen zijn, zullen binnen enkele jaren ruimschoots hun vruchten afwerpen. Daarvan zijn wij overtuigd.
Elk jaar wordt een voorstel dat gebaseerd is op de te bereiken doelstellingen beschreven in een projectoproep en voorgelegd aan het begeleidingscomité, dat bestaat uit vertegenwoordigers van de dienst infectieziekten van de regionale gezondheidsagentschappen, vertegenwoordigers van Sciensano, experten PCI en AMS, vertegenwoordigers van de federale raad voor ziekenhuisvoorzieningen en van het BAPCOC-supportteam. Het is vooral de bedoeling een team uit te bouwen en multimodale strategieën uit te werken rond een of twee vooraf bepaalde prioriteiten. Zodra het voorstel is goedgekeurd, worden de ziekenhuizen op de hoogte gebracht en moeten ze hun akkoord geven.
Ten slotte hebt u nog vragen gesteld over de feedback van de HOST-teams en de financiering. De meeste teams zijn enthousiast. Ze zien namelijk de meerwaarde van het project. Soms worden ze geconfronteerd met moeilijkheden, bijvoorbeeld in verband met interne onderhandelingen binnen het netwerk, of in de beginfase, zoals moeilijkheden met de aanwerving van geschikt personeel. Om de vooruitgang vast te stellen en de hindernissen en succesfactoren te identificeren, zullen de medewerkers van de FOD in september en oktober van dit jaar evaluatiebezoeken brengen aan de 24 projecten. Dat zal ook zorgen voor de nodige ondersteuning om de hindernissen te omzeilen en goede praktijken te veralgemenen.
In 2022 heeft elk project een maximumbedrag van 550.000 euro ontvangen, wat neerkomt op een totaal van 11.720.000 euro voor de 24 projecten samen. In 2023 bedroeg het bedrag per project maximaal 620.000 euro.
Le président: Monsieur le ministre, pourrais-je vous demander d’être un peu plus court par la suite? Vous avez dépassé votre temps de parole de six minutes.
Frieda Gijbels (N-VA):
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, u geeft aan dat het profiel van de patiënten enigszins anders was tijdens de covidcrisis – zij hadden een verzwakte weerstand of waren al zieker op het moment waarop zij naar het ziekenhuis kwamen, waardoor vaker infecties optraden. Dat mag echter geen excuus zijn. Infectiepreventie is op dat moment belangrijker. De pathogenen moeten dan gewoon worden vermeden. Het is dan ook des te belangrijker om ter zake heel voorzichtig te zijn.
Ook het feit dat er variatie bestaat tussen ziekenhuizen, geeft aan dat verbetering zeker mogelijk is. Wij moeten proberen zoveel mogelijk ziekenhuizen op hetzelfde hoge niveau te krijgen, zodat wij met zijn allen kunnen streven naar de beste resultaten. In dat opzicht is transparantie belangrijk. Ditmaal vraagt Sciensano daar zelfs naar. Dat is heel goed, in andere dossiers is de instelling minder happig op transparantie. Het is ook nodig om verder te gaan en te onderzoeken hoe het komt dat er variatie bestaat tussen ziekenhuizen teneinde daaruit opnieuw lessen te trekken.
U hebt enige uitleg gegeven bij het crisisplan. Een crisisplan moet voor een ziekenhuis echter niet alleen gaan over nosocomiale infecties. Het moet een ruim plan zijn: het moet gaan over personeelsbestaffing, taakdelegaties, flexibiliteit en ervoor zorgen dat in een crisissituatie naar een hoger niveau kan worden geschakeld en iedereen direct kan worden ingezet waar hij of zij kan renderen en functioneren. Op dat vlak is nog werk aan de winkel. Wanneer ervoor wordt gezorgd dat de basiswerking op een goede manier kan worden behouden, kan volgens mij ook veel worden gedaan tegen nosocomiale infecties.
Ik meen te begrijpen dat de host teams zullen worden gecontinueerd. Dat is voor de teams zelf niet altijd even duidelijk. Het zou dus goed zijn de komende jaren zekerheid te geven, zodat zij ook weten dat hun inspanningen een tijd zullen worden ondersteund en zij daarvoor de juiste financiële omkadering krijgen. Ik kijk uit naar de evaluatie daarvan. Ik veronderstel dat wij daarover ook bericht zullen krijgen.
Het incident is gesloten.